Waarom akkerland nu precies minder koolstof opslaat dan andere vormen van onverhard landgebruik, daar zijn verschillende redenen voor. "De belangrijkste factor: door het uitvoeren van allerlei bewerkingen zoals ploegen, schoffelen en oogsten wordt de bodem regelmatig voorzien van zuurstof. Dit zorgt voor oxidatie van het organische materiaal en op die manier voor een verlies van koolstof onder de vorm van CO2", zegt Ann Heylens van het Departement Omgeving.

Een andere reden is dat bodems onder akkerland vaker redelijk onstabiel organisch materiaal toegediend krijgen, zoals oogstresten en drijfmest. Dit breekt vlug af, in tegenstelling tot bijvoorbeeld bosbodems waar er vaker wat stabieler organisch materiaal wordt aan toegevoegd, zoals losse takjes. Ook de pH van akkerbouwbodems ligt een stukje hoger, wat betekent dat de verhouding tussen bacteriën en schimmels anders ligt, met meer gewicht voor bacteriën. Dat heeft gevolgen voor de koolstofopbouw, want de snelheid waarmee bacteriën organische stof afbreken ligt iets hoger dan die van schimmels.

"Voor de koolstofopbouw in de diepere lagen is het van belang te weten dat akkerbouwbodems soms iets meer verdicht zijn, waardoor de beworteling soms minder diep gaat dan de plant zou kunnen gaan. En we weten dat wortels en wortelexudaten (stoffen uitgescheiden door de wortels) belangrijk zijn voor de opbouw van koolstof", zegt Heylens. "Maar dit effect is minder duidelijk uitgesproken, omdat er op de dichtheidsmetingen relatief veel variatie zit."

Voor de duidelijkheid: verharde gronden werden niet opgenomen in deze studie. Deze bevatten logischerwijs veel minder koolstof dan onverharde gronden, zij het bossen of akkerland.

Cmon
Het Departement Omgeving startte daarom in 2021, samen met INBO (Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek) en ILVO (Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedselonderzoek), het koolstofmonitoringnetwerk Cmon op. Voor het eerst in 50 jaar zijn er nu metingen. Enigszins verrassend blijkt daaruit dat de koolstofvoorraden per hectare gelijk zijn in bodems onder bos, blijvend grasland, natuur en de onverharde ruimte die is ingenomen door de mens. Enkel akkers hebben per hectare een significant lagere organische koolstofvoorraad.

koolstofopslag in onverharde bodemsKoolstofopslag per hectare, per type onverharde grond. Onder 'Ruimtebeslag' rekenen we onder andere parken en tuinen. Departement Omgeving

Wel is het zo dat binnen al deze categorieën, akkers de meeste oppervlakte innemen. Het grootste aandeel koolstof, 37%, zit dus daar. De bodems onder bos, grasland en onverhard ruimtebeslag bevatten ongeveer 20% van de totale voorraad koolstof in Vlaanderen. Onder natuur is dat 5%.

Koolstofopslagpools
De resultaten vormen een belangrijke basis voor het Vlaamse en Europese klimaatbeleid. Koolstofvoorraden in de bodem spelen immers een belangrijke rol bij klimaatopwarming. "De metingen tonen aan dat belangrijke koolstofopslagpools, zoals bossen, graslanden of wetlands moeten beschermd en uitgebreid worden. Anderzijds geven ze ook aan dat er nog marge is om binnen andere landgebruiken de koolstofopslag sterk te verhogen, zoals bij akkerland. Door op een doordachte wijze met landgebruik en -beheer om te springen, kunnen bodem en bomen veel meer CO2 vasthouden en op die manier broeikasgas uit de atmosfeer halen", besluit het Departement Omgeving, dat de evolutie de komende tien jaar nu gaat monitoren.

Dit artikel maakt deel uit van de contentsamenwerking tussen Foodlog en Vilt.
Dit artikel afdrukken