Het betalingsuitstel voor vleesverwerker Gelkos was in maart van dit jaar nog maar nauwelijks verleend of het rabbinaat van de Joodse Gemeente Amsterdam (NHIS) verzegelde de koelcellen van de Amsterdamse Slagerij Marcus. Twee dagen later werd het faillissement uitgesproken. Een doorstartpoging mislukte. En dus restte het rabinaat niets anders dan de zegels te verbreken en het vlees, als 'gewoon vlees', te verkopen.
Het einde van Slagerij Marcus tekent de teloorgang van de eens bloeiende joodse culinaire traditie in Amsterdam. Toen in 2015 de oudste joodse broodjeszaak, Sal Meijer, vertrok uit de Amsterdamse Scheldestraat, haalde heel joods Amsterdam nog opgelucht adem. Sal Meijer had namelijk opvolgers gevonden, ging naar Buitenveldert (inmiddels Amstelveen) en het beroemde broodje pekelvlees bleef behouden.

Rituele slacht
Maar een opeenvolgende reeks van maatregelen maakte de afgelopen jaren het volgens de strenge joodse spijswetten bereide vlees steeds duurder. Dat was mede het gevolg van de aangescherpte regels voor ritueel slachten - niet alleen voor koosjer, ook voor halal - die niet zonder slag of stoot werkbaar bleken. Zo werd op de eerste koosjere slachtdag niet één rund koosjer geslacht.

Slagerij Marcus, begonnen in 1758 en sinds 1957 in Amsterdam gevestigd, week daarom uit naar Italië voor ritueel geslacht rundvlees. De bereiding van vleeswaren bleef onder toezicht staan van het rabbinaat, waardoor Slagerij Marcus koosjer vlees en beleg kon blijven verkopen aan restaurants, cateraars en luchtvaartmaatschappijen als KLM.

Tot de coronacrisis daar een einde aan maakte. De winkel bleef weliswaar open, maar die grote afnemers vielen weg. Ook na covid kwam er geen soelaas: door de oorlog in Oekraïne werd vlees veel duurder, net als energie - noodzakelijk voor de koelcellen. De hoge personeelskosten - al het handwerk van bereiding en uitsnijden werd uitgevoerd door oudere ervaren medewerkers - resulteerden in torenhoge prijzen.

Daarbij komt dat de joodse gemeenschap al jaren uitdunt en vergrijst, en minder (koosjer) vlees eet. De nekslag voor Slagerij Marcus, volgens Het Parool, bleek dat reislustige joden - vooral Amerikaanse - minder trek kregen in Europa, door achtereenvolgens de oorlog in Oekraïne en de terreuraanslag van Hamas en daaropvolgende oorlog in Gaza. Tussen 2020 en 2023 schreef het bedrijf €375.000 in rode cijfers.

Een reddingspoging vanuit de Joodse gemeenschap bleek tevergeefs; een bod voor een doorstart bleef uit. Wat restte was de verkoop van de voorraad, de merknaam en de recepten. Uiteindelijk is het vlees voor €32.000 verkocht aan Bull Meat, zonder de koosjere status te behouden, meldt de curator in Het Parool. Daarover was het NIHS niet bereid te overleggen.