Een tankstation in Hoogeveen dat zegt 35% van zijn omzet te hebben verloren door het verbod op de verkoop van alcoholische dranken lokte namens 1200 collega's een proefproces uit om te zien of het verbod zou standhouden. Veel pomphouders vinden dat het verbod hen onrechtmatig op achterstand zet ten opzichte van wegrestaurants en supermarkten langs de snelweg die wél drank mogen verkopen.

Het mocht niet baten. Net als de wetgever achtte de rechtbank in Assen de combinatie van de verkoop van benzine en drank ongewenst. Aangezien geen enkele pomphouders drank mag verkopen is er geen sprake van discriminatie. Een wegrestaurant of snelwegsuper bezoek je immers niet om te tanken, zo redeneert de rechter.
Dit artikel afdrukken