Het zijn cijfers en weetjes uit het vandaag gepubliceerde CBS-overzicht 'Nederland in Cijfers'. Al 125 jaar levert het Centraal Bureau voor de Statistiek betrouwbare en onafhankelijke statistieken. "Hiermee krijgt de samenleving de waardevolle inzichten om te komen tot weloverwogen en feitelijk onderbouwde besluitvorming en vooruitgang," schrijft het CBS in de inleiding bij de jubileumeditie. "We zijn trots op 125 jaar statistische vooruitgang."

Nederlandse economie
Tussen de 35 onderwerpen staan zwaarwegende maar ook luchtigere onderwerpen. Zo mag het feit dat Nederland vorig jaar de vijfde economie was van de Europese Unie, met een bbp van €1.068 miljard, ofwel ruim €1 biljoen, niet onvermeld blijven. Nederland is daarmee 2 keer zo groot als de Belgische economie (€585 miljard) en 4 keer zo klein als de Duitse, de grootste economie van Europa (€4.122 miljard). Na Duitsland volgen Frankrijk (€2.803 miljard), Italië (€2.085 miljard) en Spanje (€1.462 miljard).

Nederland verbruikte in 2023 ruim 2.600 PJ (petajoule) aan energie. Dat is bijna een kwart minder dan in 2010, toen ons energieverbruik piekte
Energieverbruik
Wat ook niet iedereen zal weten, is dat Nederland in 2023 ruim 2.600 PJ (petajoule) aan energie verbruikte. Dat is bijna een kwart minder dan in 2010, toen ons energieverbruik piekte. Tot dat jaar was het energieverbruik toegenomen tot meer dan honderd keer zo veel als aan het begin van de negentiende eeuw.

In 1800 bestond bijna de helft van het energieverbruik (toen 31 PJ) uit niet-fossiele bronnen, zoals wind, watermolens en hout. Fossiele energie kwam vooral van turf (37%) en steenkool (14%). Vanaf 1860 werd steenkool steeds belangrijker, en in 1900 leverde steenkool bijna 80% van de energie. Na de Tweede Wereldoorlog nam het gebruik van aardolie toe, maar vanaf 1973 daalde dit door de oliecrisis en de opkomst van aardgas na de ontdekking van het Groninger aardgasveld in 1959. De laatste jaren komt steeds meer energie uit hernieuwbare bronnen: in 2023 kwam 15% van de energie uit zon, wind en biomassa. Ondanks deze toename bleven fossiele brandstoffen zoals aardgas, aardolie en steenkool met ruim 80% dominant in het energieverbruik.

Vlees eten
Nederlanders eten gemiddeld bij 63% van de hoofdmaaltijden - meestal het avondeten - vlees. Dat komt neer op 4,4 van de 7 hoofdmaaltijden per week. Van de andere hoofdmaaltijden zijn 1,8 vegetarisch of volledig plantaardig (veganistisch) en 0,8 maaltijden met vis. Mannen kiezen vaker vlees dan vrouwen, en eten dan ook meer vlees (gemiddeld eten mannen 81 gram vlees per dag bij de hoofdmaaltijd, en vrouwen 52 gram). Het verschil is het grootst bij jongeren van 18 tot 25 jaar: daar kiezen mannen bij 71% van de hoofdmaaltijden vlees, terwijl vrouwen dat bij 60% doen. Vrouwen in deze leeftijdsgroep kiezen vaker voor een vegetarische maaltijd (31%) dan mannen (19%).

Vooral ouderen zijn de afgelopen jaren minder vlees gaan eten, vaak om gezondheidsredenen, terwijl jongeren soms juist meer vlees zijn gaan eten. Klimaat- en milieuzorgen zijn de belangrijkste redenen om vlees te laten staan, vooral bij jongere volwassenen. Van de 18‑plussers die vlees eten, geeft 34% aan dat ze eigenlijk minder vlees zouden moeten eten, terwijl 70% zegt vlees eten niet op te willen geven

Biologische landbouw
In 2023 gebruikten we 4,5% van alle landbouwgrond (Nederland telt 1.800.000 hectare landbouwgrond) voor biologische landbouw. Dat is 81.500 hectare. Het laatste jaar kwam er 7.200 hectare biologisch landbouwgrond bij. Te weinig, want zo halen we nooit het doel dat in 2030 15% van alle landbouwgrond biologisch is. Dat betekent dat het biologisch areaal de komende jaren met gemiddeld 26.000 hectare per jaar moet toenemen.

In 2023 was er 8.200 hectare landbouwgrond 'in omschakeling'; 3.900 hectare bij melkveehouders en 1.100 hectare bij akkerbouwers. Het overige land in omschakeling is verdeeld over tuinbouwbedrijven, overige graasdierbedrijven en gemengde bedrijven.

Het aantal biologisch gehouden runderen groeide in 2023 met 5,2% naar ruim 84.000 dieren. Ook kwamen er meer biologische varkens bij, hun aantal steeg met 3,6% tot bijna 120.000. Van alle runderen in Nederland was 2,2% biologisch, van de varkens was dat 1,1%. Het aantal biologische kippen daalde in 2023 met 13,9%.

Beroepen
Een laatste weetje (kijk voor meer in 'Nederland in Cijfers'). Het CBS zette op een rijtje in welke beroepen de meeste mensen werken. Bijna 1,9 miljoen mensen heeft bedrijfseconomische of administratieve banen, en dat is nog zonder de 511.000 managers die er in Nederland rondlopen. Het CBS telt in totaal 176.000 mensen met een agrarische baan, van wie 24% vrouw. Daarmee is agrarisch de kleinste beroepsgroep van alle 13 (alleen 'overig' is met 100.000 banen nog kleiner), en met dienstverlenende beroepen de enige beroepsgroep die kromp sinds 2013 (199.000).
Dit artikel afdrukken