image

'Biologisch' blijkt in Nederland lang niet zo 'logisch' als de campagne met die woorden ons wilde doen geloven. Gisteren kwam hoogleraar Gert Spaargaren van Wageningen Universiteit maar eens luid en duidelijk met dergelijk nieuws uit de kast.

Deze hoogleraar milieubeleid deed Albert Heijn ooit de suggestie een eko-bonuskaart in te voeren. Daarmee zouden meer consumenten overgehaald kunnen worden om duurzaam geteelde voeding te proberen, waardoor het assortiment uit zou kunnen breiden. Het is er niet van gekomen. In Nederland durven supermarkten niet voor biologisch te kiezen, meent Spaargaren.

De hoogleraar signaleert een enorme beweging van consumenten die zich zorgen maakt over voeding. In Nederland wordt daar echter niets creatiefs mee gedaan, stelt hij vast. Met een groen marktaandeel van maar 2% is biologische voeding een nichemarkt. In het Verenigd Koninkrijk ligt het aandeel in de verse producten op bijna 20%. Ook in Denemarken, Zweden, Duitsland en Frankrijk ligt een veel groener assortiment in de supermarkten. Die potentie heeft Nederland ook, meent Spaargaren. In Nederland zijn 1,5 miljoen consumenten bereid vaker ecologisch te kopen, aldus de milieuwetenschapper. Toch blijven bedrijven pessimistisch over de Nederlandse consument. Het blijkt dat er pas echt een grote markt ontstaat als de retailers er serieus in stappen en in Nederland is het zo ver nog niet. Daarbij is het ook belangrijk hoe het assortiment wordt gepresenteerd. De retailers moeten het verhaal bij de producten vertellen, zoals Wholefoods in de Verenigde Staten doet en Sainsbury’s in het Verenigd Koninkrijk.

Idealistische motieven alleen zijn overigens bijna nooit doorslaggevend bij de keuze voor biologisch, stelt Spaargaren. Smaak en gezondheid tellen zwaar mee. Die verkoopargumenten kunnen ook supermarkten benutten, aldus de hoogleraar.

bron: Eindhovens Dagblad
Dit artikel afdrukken