In vakblad Boerderij schetste ik kortgeleden mijn verwachtingen voor de Nederlandse boer en tuinder. Het leidde op Foodlog tot een bericht dat Nederland tot zich mag laten doordringen.
Ik zei tegen het blad dat de dagen van onder meer de Nederlandse varkenshouderij wegens gebrek aan commercieel instinct zijn geteld. Naar aanleiding van de klaagbrief van LTO Nederland aan staatssecretaris Dijksma ontspon zich een discussie waarin varkenshouder Harm Jan Borger uit Vroomshoop mij schreef:
Ik heb grote bewondering voor de door jou genoemde voorbeelden, als ik naar mijn eigen competenties kijk acht ik mijzelf hiertoe niet in staat. Ik heb dus voor de vermarkting als ondernemer steun nodig van een (coöperatieve) marktpartij.
Milieukeur en Friberne zijn potentieel goede marktpartijen om bij aan te sluiten, maar ik kan op dit moment de daarvoor benodigde stappen niet zetten om daarbij aan te sluiten.
Met jou vrees ik het ergste voor de varkenshouderijsector, misschien ben ik nog wel pessimistischer en denk ik dat andere sectoren niets leren van de voorbeelden van de glastuinbouw en de varkenshouderij. We zijn soms net lemmingen die op een afgrond aan rennen.
Negatieve scenario's die je aan ziet komen moeten echter niet je leven verpesten. Ik heb nog steeds veel plezier in het houden van varkens, vooral van de geboorte van goede koppels..
Harm Jan ziet de toekomst van zijn bedrijf somber in. Ik vind het van lef en sensibiliteit getuigen dat hij dat zegt in het openbaar. Daar heb ik groot respect voor.
Ik maakte er de afgelopen jaren geen geheim van te denken dat jarenlang verzuimd is duidelijk te benoemen dat een kostprijsgedreven varkenshouderij en andere landbouw in Nederland marktstrategisch al geruime tijd niet meer uitkan. Dat heeft gezorgd voor een houding die nu ook echte vakmensen met liefde en oog voor beesten kapot laat gaan. Dat had niet gehoeven en is ook voor de beesten geen goed nieuws. Borger benoemt het werkelijke probleem. Harde, door de markt afgedwongen saneringen zijn heilzaam als de sterke ondernemers daarvan leren en nieuwe wegen vinden om hun kennis en kunde in te zetten. Zelfs dat vermogen lijkt echter niet (meer?) aanwezig, zo geeft hij vanuit het hart van een niet geringe bedrijfstak aan. Dat is een gevaarlijke situatie voor een land dat voor 60% van het overschot op zijn betalingsbalans afhankelijk is van de handel in en productie en verwerking van voedsel.
Fotocredits:The wild bunch, uitsnede, John Morris
Dit artikel afdrukken
Ik heb grote bewondering voor de door jou genoemde voorbeelden, als ik naar mijn eigen competenties kijk acht ik mijzelf hiertoe niet in staat. Ik heb dus voor de vermarkting als ondernemer steun nodig van een (coöperatieve) marktpartij.
Milieukeur en Friberne zijn potentieel goede marktpartijen om bij aan te sluiten, maar ik kan op dit moment de daarvoor benodigde stappen niet zetten om daarbij aan te sluiten.
Met jou vrees ik het ergste voor de varkenshouderijsector, misschien ben ik nog wel pessimistischer en denk ik dat andere sectoren niets leren van de voorbeelden van de glastuinbouw en de varkenshouderij. We zijn soms net lemmingen die op een afgrond aan rennen.
Negatieve scenario's die je aan ziet komen moeten echter niet je leven verpesten. Ik heb nog steeds veel plezier in het houden van varkens, vooral van de geboorte van goede koppels..
Harm Jan ziet de toekomst van zijn bedrijf somber in. Ik vind het van lef en sensibiliteit getuigen dat hij dat zegt in het openbaar. Daar heb ik groot respect voor.
Ik maakte er de afgelopen jaren geen geheim van te denken dat jarenlang verzuimd is duidelijk te benoemen dat een kostprijsgedreven varkenshouderij en andere landbouw in Nederland marktstrategisch al geruime tijd niet meer uitkan. Dat heeft gezorgd voor een houding die nu ook echte vakmensen met liefde en oog voor beesten kapot laat gaan. Dat had niet gehoeven en is ook voor de beesten geen goed nieuws. Borger benoemt het werkelijke probleem. Harde, door de markt afgedwongen saneringen zijn heilzaam als de sterke ondernemers daarvan leren en nieuwe wegen vinden om hun kennis en kunde in te zetten. Zelfs dat vermogen lijkt echter niet (meer?) aanwezig, zo geeft hij vanuit het hart van een niet geringe bedrijfstak aan. Dat is een gevaarlijke situatie voor een land dat voor 60% van het overschot op zijn betalingsbalans afhankelijk is van de handel in en productie en verwerking van voedsel.
Fotocredits:The wild bunch, uitsnede, John Morris
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Ze hebben het in ieder geval erg naar hun zin in duitsland, begrijp ik, en ook al zijn ze van 3000 dieren naar 300 gezakt ( misschien was hij ook niet zo dol op die kleine vale Jerseys van daar), in inkomen zal dat verschil stuk kleiner geweest zijn, schat ik nog steeds. En qua situatie beetje inliggen tussen NL, met zijn milieuregels, dure grond, mestprobleem en quota, en het vrijere Nw Zeeland in. terug naar het varken: net terug van een Bagel en Bean, waar ze Livarvarken serveerden als beleg, vraag me af of dat concept iets stagnerends is , of misschien toch toekomst heeft in bulkvarkensland Nederland.
Dirk, al die argumenten die je noemt zijn NVT. Het is zoals ik het zeg, en niet anders ( tenzij hij de veeteelt een verhaal op de mouw heeft gespeld). De melkprijs is daar trouwens super, bijna net zo hoog als hier, de grond de afgelopen jaren ver 2-3 voudigd in waarde dus hij heeft gecasht zoals wij dat noemen.
best mogelijk dat hij met die 300 duitse koeien meer verdient
dan met 3000 in Nw Zealand. Hoeveel dure krachten had hij daar in dienst? en dan, koeien daar (ik neem aan dat het melkkoeien waren) geven maar de helft van europese Holsteiners, en dus hoge overhead per dier. bovendien, de melkprijs is daar niet bijster hoog! en om hier weer te beginnen, een en ander misschien goed aan chinezen verkocht? dat kan tegenwoordig. helaas, heb "Veeteelt" niet gelezen!
Eentje om te vereeuwigen: "Boeren zijn grosso modo geen ondernemers maar vakidioten."
Joannes, dat het argument gezins bedrijven niet overkomt bij mede Nederlanders is volgens mij niet relevant maar een gegeven. Ik beperk me juist wel tot veeteelt of landbouw, en zet de sector bewust buiten de discussie zoals jij het noemt. It's a way of life. Misschien wel een soort van roeping, net zoals onderwijzer, verpleger, dominee maar vergelijk het liever met de visserij.