Juncker komt volgende week met voorstellen om de besluitvorming rond die dossiers zo te veranderen, dat de lidstaten duidelijk moeten maken wat zij willen. De toelating van gewasbeschermingsmiddelen en genetisch gemodificeerde gewassen loopt op dit moment via het vaste Comité voor Planten, Dieren, Voeding en Veevoer (het zogeheten Scopaff: standing committee on plants, animals, food and feed). Het comité bestaat uit ambtelijke vertegenwoordigers van de 28 lidstaten. Als ze er niet uitkomen, moeten ze stemmen. In controversiële gevallen doen ze dat doorgaans zo dat de stemmen staken. Volgens de bestaande regels moet dan de Commissie besluiten. Die doet dat op basis van een wetenschappelijk oordeel, waar dus geen consensus over bestaat onder de lidstaten. Onder het publiek bestaat die consensus nog minder. De Europese Commissie bevindt zich dan ook in een onmogelijke positie: ze moet altijd een besluit nemen dat onpopulair is. De EC neemt haar besluiten op basis van wetenschappelijke oordelen van de hoogst geplaatste instituten die we daar in Europa voor hebben. Andere instituten hebben daar soms weer een ander oordeel over, zoals bijvoorbeeld in het geval van het herbicide glyfosaat.
Als wetenschap niet tot één oordeel leidt en deskundigen niet kunnen beslissen over wat feiten betekenen, blijkt wetenschap een kwestie van kiezenVolgens Politico.eu wil Juncker daar een einde aan maken. De lidstaten moeten kiezen wat zij willen en niet de EC met een per definitie verloren Salomonsoordeel opzadelen.
Het is een bijzondere zaak en niet zomaar een nieuwsberichtje. Onlangs zeiden de presidente en vice-president van de Nederlandse Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen (KNAW) dat het publiek naar wetenschappelijke feiten moet luisteren. Als deskundige ambtenaren van lidstaten dat al niet kunnen, dan maakt de KNAW een denkfout. Hoe je met feiten omgaat, is een keuze die de feiten niet voor ons kunnen maken. Juncker ziet dat scherp. Als wetenschap niet tot één oordeel leidt en deskundigen niet kunnen beslissen over wat feiten betekenen, blijkt wetenschap een kwestie van kiezen. Die realiteit wordt door Juncker op waarde geschat. Het juiste oordeel over wat wetenschap betekent, vergt het nemen van een wijs besluit na goed overleg. Anders kom je er nooit uit. Om die reden sleept onder meer het glyfosaat-dossier al jaren voort.
Op 3 augustus krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Dennis Zeilstra #45 en de reacties daarop van Dick en Dennis.
Ik denk dat dit het punt mist, en een veel te optimistisch beeld heeft van de mogelijkheid om via 'feiten' een standpunt te bepalen.
Laten we eens een niet al te lastig voorbeeld nemen: Is Glyfosaat kankerverwekkend? Die simpele vraag veronderstelt welbeschouwd eerst dat er een principieel onderscheid valt te maken in twee categorieën (wel/niet kankerverwekkend) en vervolgens dat er een simpel experiment of reeks van experimenten is om een stof in één van die twee categorieën te stoppen. Beide veronderstellingen zijn hopeloze simplificaties. In de praktijk worden onderzoekers en beleidsmakers geconfronteerd met een databrij van overlappende, aanvullende en tegensprekende feitjes (resultaten van concrete experimenten) die moeten worden teruggebracht tot een expert opinion. Daarom kunnen IARC en EFSA elkaar ook tegenspreken zonder inconsistent te zijn: Het kan zomaar zijn dat de definitie/criteria voor het label 'kankerverwekkend' anders zijn, en/of dat tegenstrijdige/incomplete data anders worden gewogen.
Er zijn twee dingen die ik graag (in aparte postjes) naar voren wil brengen.
De eerste gaat over een woord dat mist in dit bericht en de reacties daarop, namelijk belangen en dan vooral belangenverstrengeling. Er is -juist bij het grote publiek, maar ook bij een groot deel van de policymakers- groot bewustzijn dat veel onderzoek niet onafhankelijk is gedaan, maar direct of indirect betaald door derde geldstroom. En dat het dus niet altijd duidelijk is of het hier wel gaat om 'feiten'.
Dit is de olifant in de kamer, ook mbt de KNAW verzuchting 'dat het publiek naar wetenschappelijke feiten moet luisteren'. Het publiek stelt daarbij vaak de terechte vraag of een feit wel echt een feit is, of een mening die een sponsor goed uitkomt.
Zo deed Einstein het ook.
Ik vergeet nog een overduidelijke optie Dick, die buitengewoon goed past in de wetenschappelijke traditie: bedenk een voldoende eenvoudig en voor iedereen acceptabel experiment en toets welke opinie het dichtst bij de waarheid zit. Waar rechtstreekse toetsing niet mogelijk is, is een afgeleide variant nodig en daar kan je het met elkaar over hebben. Deel de uitgangspunten, begrijp die van elkaar, en bedenk een experiment dat aan alle uitgangspunten recht doet.
Dan zijn filosofen en politici aan zet Dick ;-).
Wat in elk geval de pest is voor het vak, is als experts elkaars opinie gaan bestrijden met zogenaamde wetenschappelijke feitelijkheden. Dan snapt niemand het meer, en gaan we denken dat we feiten kunnen kiezen.