Gisteren meldde ik dat er, naast alle nationale initiatieven, nu een Europees systeem in de maak is dat de consument op een eenvoudige manier moet duidelijk maken of hij een 'goed' (groen) of een 'fout' product (rood) in zijn boodschappenkarretje stopt.

Vandaag doet de Consumentenbond, die streeft naar één duidelijk systeem op Europees niveau, publiekelijk een oproep aan Unilever om het initiatief te steunen. Unilever maakte deel uit van de bedrijven die het systeem mee hebben ontwikkeld, maar ondersteunt niet alle conclusies. Ik heb een donkerbruin vermoeden dat we nu al afdrijven in de richting die ik gisteren aangaf: het systeem is in zijn simpelheid zo complex dat je er in de praktijk niets mee kunt. Unilever ziet zich vermoedelijk gedwongen te veel van haar producten als 'fout' te moeten aanmerken. Datzelfde probleem had ook prof. Jaap Seidell al met betrekking tot het Nederlandse 'ik kies bewust'-logo.

Ik denk dat het beter eerder dan later hardop gezegd kan worden: al deze 'goed eten'-initiatieven zijn goed bedoeld, maar in hun simpelheid zinloos. Tenzij de overheid van plan is te bepalen wat niet meer in de winkelschappen mag liggen. Zolang dat niet het geval is zullen we moeten zoeken naar een manier van inhoudelijke en informerende communicatie die recht doet aan de keuzevrijheid van mensen die heeft geleid tot het aanbod wat in de winkels ligt.

In een hoog opgeleide en democratische samenleving is infantiliseren uit den boze.
Het spijt me zeer, maar ik denk dat Unilever terecht afhaakt. Stoplichten zoals hier bedacht worden, zijn voor de voedingsindustrie een vorm van Russisch Roulette. Dat kan nooit de bedoeling zijn en betekent dus dat de basis van de methodiek ondeugdelijk is.
Dit artikel afdrukken