Plantenzaden verspreiden zich doordat een dier ze opeet, verteert en uitpoept op een nieuwe plek. Vooral zoogdieren en vogels spelen een rol bij de zaadverspreiding. Maar wist je dat plantenzaden zo klein kunnen zijn als stofdeeltjes? Voor het verspreiden van zo’n klein zaadje heb je geen groot dier nodig. Japanse onderzoekers ontdekten dat ook ongewervelde dieren een niet te onderschatten maar tot op heden volledig onderbelichte rol spelen in de zaadverspreiding.
De onderzoekers richtten zich op de kleine, niet-fotosynthetiserende, schimmels-etende 'zilverdraakplant' (Monotropastrum humile) uit Oost-Azië, bekend om zijn kleine, robuuste zaden in een vlezige vrucht. Hoe de zaden van deze plant zich verspreiden, was nog grotendeels onbekend. Door 's nachts tijdopnamen te maken konden de onderzoekers identificeren welke dieren het meeste fruit aten. Daarna testten ze de levensvatbaarheid van de zaden nadat die door het spijsverteringskanaal van de dieren waren gegaan.
Tot verrassing van het team aten kameelkrekels meer dan de helft van het fruit en consumeerden ook de veel kleinere en lichtere pissebedden en oorwormen aanzienlijke hoeveelheden zaden. Aangezien meer dan 30% van de zaadjes die door pissebedden werden verspreid, levensvatbaar bleek, is de pissebed de nieuwe kleinste wereldkampioen zaadverspreiding.
De onderzoekers vragen aandacht voor het belang van ongewervelden bij de zaadverspreiding en in ecosystemen. Ze willen nagaan of ze mogelijk op een wijdverbreid ecologisch fenomeen gestuit zijn dat tot nu toe grotendeels over het hoofd is gezien, zeggen ze in Eurekalert.
Lees alles over reageren in de gespreksregels.