Wereldleiders, milieuministers en duizenden deelnemers van betrokken organisaties uit 173 landen zetten hun handtekening onder een resolutie om een wettelijk bindend verdrag te ontwikkelen. De komende twee jaar moet er een verdrag uitonderhandeld worden dat de volledige levenscyclus van plastic dekt, van de productie tot de afvalhoop.



Dit wereldwijde plasticverdrag-in-wording sluit aan bij de wens van driekwart van de wereldbevolking om het plastic afval in de wereld te reduceren. En als je de betrokken partijen mag geloven, is iedereen er blij mee, van industrielobby's tot milieuorganisaties.

Dat betekent gedoe, voorspelt Reuters. Want de inkt van de handtekeningen is nog niet droog, of het gemanoeuvreer is al begonnen. Het onderhandelingscomité staat voor een mammoettaak: zonder maatregelen slorpt de plasticproductie in 2050 20% van de wereldwijde olieproductie op, verviervoudigt de plasticvervuiling in de oceanen, sterven diersoorten uit en raken ecosystemen beschadigd.

"De grote strijd zal gaan om de productie en om de vraag of landen bereid zijn wereldwijde regelgeving in te voeren," zegt Eirik Lindebjerg, manager global plastics policy bij het WWF. Zo heeft de EU al afspraken om iets te doen aan de groeiende afvalberg van (wegwerp)plastic. Sommige landen willen dat er minder plastic gemaakt wordt, terwijl andere, vooral olieproducerende landen, plastic als een groeimarkt zien. Plasticproducenten willen focussen op recyclen en afvalbeheer, net als grote bedrijven die plastic gebruiken voor hun verpakkingen (denk aan Coca-Cola).

Zie daar het mijnenveld. Want de petrochemische industrie leest in de resolutie geen opgelegde productiestop, maar flexibiliteit voor landen om te bepalen hoe ze het probleem willen aanpakken. De Verenigde Staten prijst ook al die flexibiliteit, en de mogelijkheden voor technologische innovatie. Dan moet je wel even weten dat nieuwe recyclingtechnologieën vooral met tegenslagen kampen en dat plasticafval verbranden in toenemende mate als een goedkope energiebron wordt gezien. De EU wil preventie en dus minder plastic. Japan heeft een voorkeur voor alternatieve materialen zoals bioplastics. Voedingsproducenten zien de ruimte voor hun eigen aanpak en afspraken.

"The work starts now!", zegt Inger Andersen niet voor niets. Want er ligt een resolutie, maar "ik denk dat mensen niet weten waar ze voor getekend hebben," zegt Anne Aittomaki, strategisch directeur van de Deense NGO Plastic Change.
Dit artikel afdrukken