Peters is het voedingsgeweten van de Nederlandse Zuivelorganisatie (NZO) en werkte daarvoor in dezelfde hoedanigheid voor het Nederlandse Voedingscentrum.
In hun tekst zeggen de wetenschappers dat Peters via twitter stelselmatig misinformatie verspreidt over de Nutri-Score om die in een kwaad daglicht te stellen. Daar zou hij maar één reden voor hebben: het vermijden van een slechte score voor kaas in de Nutri-Score omdat het product relatief veel zout bevat en erg energiedicht is. Ze verwijten Peters dat hij het doet voorkomen alsof de opstellers van de Nutri-Score voor een kaastaks in plaats van een suikertaks op frisdrank zijn. Een onwaarheid en wat hen betreft een bewust smadelijke leugen, die ze hem ernstig kwalijk nemen.
De auteurs drogen Peters nadrukkelijk af en verwijten hem dat hij zich niet alleen onwetenschappelijk maar ook onheus en oninteger opstelt. Geconstateerd moet worden dat een brede groep Nederlandse voedingsexperts weliswaar niet Peters' tweets, maar wel de oppositie tegen Nutri-Score steunt. Van de zijde van Nederlandse supermarkten vernemen we ergernis dat er na jaren gepraat en gedoe nog steeds geen logo is.
Peters suggereerde in een tweet dat de voorzitter van de wetenschappelijke adviescommissie van de Nutri-Score niet inhoudelijk op zijn argumenten inging, terwijl zij en haar 5 collega's duidelijk maken dat ze die nou niet juist serieus kunnen nemen.
Het lijkt erop dat de gemoederen tussen de onderzoekers en industriebelangen over het voedselkeuzelogo sterk polariseren en het wetenschappelijke debat voorbij zijn.
De voorzitter van het internationaal wetenschappelijk comité van #NutriScore is boos op mij. Ze heeft mijn inhoudelijke tegenargumenten https://t.co/N7GHVLzNMy afgedaan als fake-nieuws.
— Stephan Peters (@StephanPetersNL) November 11, 2021
Past dit bij haar rol? @gezondheidsraad @minvws @paulblokhuis @rivm https://t.co/I1a05BnhzI pic.twitter.com/jmLJtl9CJS
Veel mensen zitten niet lekker in hun vel. Gelukkig biedt de voedselindustrie gelegaliseerde drugs aan. Die geven - tijdelijk - verlichting. Nieuwe shots zijn dagelijks nodig. Helaas zijn er wel de nodige bijwerkingen.
Nutriscore lost dat niet op, is eerder een dekmantel?
Ik zou het diep triest vinden als het bij die Nutri-score blijft. De verantwoordelijkheid is dan weer neoliberaal bij de individuele consument gelegd.
Ik verwacht meer effect van benchmarks, zoals die van Questionmark, waarin het hele assortiment van de supermarkt wordt beoordeeld en een score krijgt. Dat genereert gezonde competitie tussen supers.
De gezondheid van mensen gaat achteruit. Een belangrijke oorzaak is een verkeerde levensstijl. Voeding speelt daar een belangrijke rol in. En voeding die te vet, te zout en te zoet is met name, vooral als daar ook nog van over-eten wordt.
De overheid voelt verantwoordelijkheid, maar heeft daar geen geld voor over ( 9 miljoen voor leefstijlgeneeskunde) en vraagt van de industrie de handschoen op te nemen en zo suikertax en vettax te voorkomen. De industrie heeft daar wel oren naar. Dat proces van heen en weer en lobbyen kennen we nu wel. De uitkomst lijkt voor de industrie, behalve die er slecht afkomen (slecht gelobbyd door kaas en olijfolie) een aardige vorm van damage control: de Nutriscore.
Maar de echte verantwoordelijkheid (toch Jaap Seidell?) was onderwijs op scholen, bijscholing ouders, distributiebeperkingen, duidelijke productinformatie en suiker en vettaxen geweest.
Suikertax? Hoe moet dat nou met al die A'tjes en B'tjes van Nutriscore die stijf staan van de suiker?
Op 9 augustus riep Marion Nestle Stephan Peters uit tot eerlijke lobbyist.
Ik leef een beetje tussen Frankrijk en Nederland en zie de interculturele verschillen in beleefdheid waarmee Stephan (die ik persoonlijk ken) Serge Hercberg (idem) en Pilar Galán (die ik niet persoonlijk ken; Emmanuelle Kesse en Mathilde Touvier ken ik wel) benadert. Daar gaat iets mis, Stephan.
Nu terug naar het onderwerp. Wil je een FoP, ja of nee.
Als je ja zegt en je maakt het zo universeel mogelijk dan is de NutriScore het antwoord. Ik sprak daarover een aantal keren met Mike Rayner van Oxford University en met Annet Roodenburg. Die gesprekken besloten we vertrouwelijk te voeren.
Ik wil er wel mijn conclusie uit geven (en sta me toe wat basale noties uit de wetenschapsfilosofie en -sociologie mee te nemen):
- als je besluit ja is en je dus een eetcultureel neutraal FoP wilt en je baseert het op de wetenschappelijke consensus over de marconutriënten (vet, suiker, eiwitten) en het mineraal zout dan moet je je baseren op de interpretatie van epidemiologische onderzoeken. Zo'n FoP is een politiek besluit.
Nederland nam het met 'Vinkje' maar het mislukte door de introductie van dat malle blauwe Vinkje dat chips gezond maakte (een gevolg van iets dat ooit prof. Frans Kok als lid van de vaste commissie Voeding van de Gezondheidsraad er door drukte, een evidente misser). Later wilde de Franse minister Marisol Touraine het voor Frankrijk; daarom vroeg zij een team olv prof. Serge Hercberg om het te ontwikkelen.
- als je uitgaat van de beschikbare epidemiologie en de consensus daarover (dat is - zeg ik als politieke filosoof - zoiets als stilzwijgend een politiek wetenschappelijk 'besluit' dat je nergens kunt vinden, maar tussen je oogharen door moet lezen), dan is NutriScore's algoritme gevalideerd
- NS is geen wetenschap, maar een toepassing van de interpretatie van onderzoek door wetenschappers (wetenschappers zijn immers feiten-interpretatoren; onderzoekers halen slechts feiten naar boven volgens de structuur van wetenschappelijke onderzoeksmethode)
En nu is er eindeloos gedoe over dat logo. Onze Nederlandse regering zegt het te gaan invoeren, maar treuzelt omdat er 160 wetenschappers en practioners tegen zijn. Tegelijk is de industrie eigenlijk tegen (hoewel ik de indruk heb dat daar inmiddels wat beweging in zit).
Het hele probleem begint bij de vraag of we samen wel een FoP willen. Politiek dus; dat heeft idd niets met wetenschap te maken. Het antwoord is een duidelijk nee. Die discussie wordt gevoerd via 'wetenschappelijke argumenten'. Daar gaat het dus fout. Het is een politieke discussie. Als je die niet voert, dan krijg je deze onverkwikkelijke toestanden.
Zelf mag ik - denk ik - zeggen daar regelmatig voor te hebben gewaarschuwd in die vertrouwelijke gesprekken. Mijn getuigen zijn Annet, Serge, Mike en Stephan.
En nu? Gaat die politieke discussie nog komen? Nu treedt de sociale psychologie in werking: omdat de discussie schijnbaar wetenschappelijk is en gaat over wetenschappelijke integriteit is dat nogal moeilijk geworden. Het zal in ieder geval een enorme inspanning vergen om weer even fris te beginnen. Jaap Seidell interpreterend, was hij er al klaar mee voor de mogelijkheid zich überhaupt aandeed.
En daar zit dus de echte discussie: waarom zijn we niet* in staat samen tot een politiek vergelijk te komen? De andere echte discussie is: wat krijg je dan? Een verbod op 80-90% van het aanbod gaat er nl. ook niet komen.
Als de elkaar de kop inslaande betrokkenen vanuit dat conflictmodel en het besef van het sociale risico dat zij veroorzaken de boel willen oppakken, zie ik nog wel een kans tot een redelijke discussie.
* niet alleen tussen Nederland en Frankrijk, maar ook tussen de verschillende landen en groepen daarbinnen rond het NS-FoPlogo