Als we nu niet nadenken over de manier waarop we niet alleen genoeg, maar ook veilig voedsel kunnen maken, kan het flink misgaan. Dat zegt het Directoraat voor Voedselveiligheid en gezondheid van de EU.
In 2050 ziet het Europese voedsellandschap er heel anders uit. Dat voorspelt Ladislav Miko, vice-directeur generaal van DG Santé, het Europese directoraat voor voedselveiligheid en gezondheid.
Voedselzekerheid en voedselveiligheid zullen meer en meer twee kanten van dezelfde munt worden. Dat zorgt voor nieuwe uitdagingen in de voedselketen. Om daar niet door verrast te worden, ontwikkelde het DG Santé een viertal scenario's om alvast een idee van de toekomst te krijgen.
Miko presenteerde de scenario's tijdens het 'Our Food Future'-evenement van de Britse Food Standards Agency in Londen vorige week.
'Meer voedsel, maar minder betrouwbaar'
"Het zou wel eens zo kunnen uitpakken dat we in 2050 méér voedsel produceren, maar er minder op kunnen vertrouwen dat al dat voedsel ook veilig is", zei Miko. "Niemand wil dat, maar we zouden er op voorbereid moeten zijn."
Daarom vraagt Miko of voedselzekerheid (genoeg eten voor iedereen) voorrang krijgen boven voedselveiligheid. Moet wellicht de bestaande regelgeving aangepast worden om risico's die dezelfde structuur hebben als een ongeluk in een kernreactor - het gebeurt zelden, maar als het gebeurt, zijn de consequenties fors - te voorkomen? In steeds massalere processen moet regelgeving zorgen voor een extreem lage kans op ongelukken. Maar hoe klein is die kans te krijgen en zal die kansreductie voldoende zijn?
Om in te kunnen spelen op die vragen, ontwikkelde DG Santé 4 toekomstscenario's, op basis van een verkennende studie uit 2013.
Vier scenario's
Het eerste scenario kreeg de naam 'global food' mee. Daarin zetten globaal genomen de huidige trends zich voort. Het tweede scenario gaat uit van een 'slow food world'. Daarin wordt veel meer voedsel lokaal geproduceerd maar spelen ook nieuwe technologische ontwikkelingen een rol. Dat laatste gebeurt vooral vanuit duurzaamheidsoverwegingen omdat consumenten intensieve agrofoodtechnologieën wantrouwen. Het derde scenario heet 'transatlantic'. Het voorspelt een tragere economische groei en meer samenwerking tussen de EU en VS. Voedingswetenschappen en technologie worden hier belangrijker. Het vierde scenario is 'Phood' gedoopt en gaat uit van een grotere verwevenheid van voeding en farmaceutica. De focus ligt vooral op de gezondheidsaspecten van voedsel.
Ieder scenario brengt eigen risico's met zich mee, waar de voedselveiligheidsregulering op in zal moeten spelen. Als de keten opschuift naar intensievere landbouwproductiemodellen, dan moeten voedselveiligheidssystemen rekening houden met een groter gebruik van agrochemische middelen, een toenemend risico van antibioticaresistentie in dieren en meer recycling van organisch afval. Ook als nieuwe eiwitbronnen zoals insecten hun intrede doen, moeten de voedselveiligheidssystemen onder de loep genomen worden. Als het transatlantische scenario de overhand krijgt, zullen we in Europa moeten accepteren dat we meer regulering van elders opgelegd krijgen dan we zelf direct kunnen beïnvloeden. Wordt het een slow food world, dan leidt dat tot versnipperde ketens waarin minder te reguleren valt en, bij gevolg, het eten minder veilig wordt.
"De consequenties voor de regelgeving zijn in de verschillende scenario's nog onvoldoende onderzocht", waarschuwt Miko. De grote lijn is echter wel duidelijk. Wil de voedselveiligheid in Europa in 2050 op peil blijven, dan is aanpassing van het regelgevingssysteem onvermijdelijk.
Geen Rusland of China
Opvallend afwezig in de scenario's is een vastelandsscenario. Vanuit Frankrijk wordt, vanuit exportbelangen, al sinds de nieuwe Koude Oorlog die begon na het neerhalen van vlucht MH-17 regelmatig gepleit voor een oriëntatie op het Oosten. Via land is Europa verbonden met Rusland en via Rusland per spoor met China, naar verwachting 's werelds dominante economie voor de rest van de eeuw.
Fotocredits: 'Food and Environmental Laboratory', IAEA
Dit artikel afdrukken
Voedselzekerheid en voedselveiligheid zullen meer en meer twee kanten van dezelfde munt worden. Dat zorgt voor nieuwe uitdagingen in de voedselketen. Om daar niet door verrast te worden, ontwikkelde het DG Santé een viertal scenario's om alvast een idee van de toekomst te krijgen.
Miko presenteerde de scenario's tijdens het 'Our Food Future'-evenement van de Britse Food Standards Agency in Londen vorige week.
'Meer voedsel, maar minder betrouwbaar'
"Het zou wel eens zo kunnen uitpakken dat we in 2050 méér voedsel produceren, maar er minder op kunnen vertrouwen dat al dat voedsel ook veilig is", zei Miko. "Niemand wil dat, maar we zouden er op voorbereid moeten zijn."
Miko wijst met zoveel woorden op het risico van een steeds massalere productie. Risico is het resultaat van de kans dat er iets fout gaat, vermenigvuldigd met het aantal gevallen dat erdoor geraakt wordt. Hoe groter de processen, hoe groter de narigheid als er iets misgaatStel dat er zich een crisis voordoet in de plantengezondheid, zoals de gekke-koeienziekte van de jaren '80 in de dierengezondheid, hield Miko zijn gehoor voor, kunnen we daar dan afdoend op reageren? Miko wijst met zoveel woorden op het risico van een steeds massalere productie. Risico is het resultaat van de kans dat er iets fout gaat, vermenigvuldigd met het aantal gevallen dat erdoor geraakt wordt. Dus: hoe massaler de processen, hoe groter de narigheid als er iets misgaat.
Daarom vraagt Miko of voedselzekerheid (genoeg eten voor iedereen) voorrang krijgen boven voedselveiligheid. Moet wellicht de bestaande regelgeving aangepast worden om risico's die dezelfde structuur hebben als een ongeluk in een kernreactor - het gebeurt zelden, maar als het gebeurt, zijn de consequenties fors - te voorkomen? In steeds massalere processen moet regelgeving zorgen voor een extreem lage kans op ongelukken. Maar hoe klein is die kans te krijgen en zal die kansreductie voldoende zijn?
Om in te kunnen spelen op die vragen, ontwikkelde DG Santé 4 toekomstscenario's, op basis van een verkennende studie uit 2013.
Vier scenario's
Het eerste scenario kreeg de naam 'global food' mee. Daarin zetten globaal genomen de huidige trends zich voort. Het tweede scenario gaat uit van een 'slow food world'. Daarin wordt veel meer voedsel lokaal geproduceerd maar spelen ook nieuwe technologische ontwikkelingen een rol. Dat laatste gebeurt vooral vanuit duurzaamheidsoverwegingen omdat consumenten intensieve agrofoodtechnologieën wantrouwen. Het derde scenario heet 'transatlantic'. Het voorspelt een tragere economische groei en meer samenwerking tussen de EU en VS. Voedingswetenschappen en technologie worden hier belangrijker. Het vierde scenario is 'Phood' gedoopt en gaat uit van een grotere verwevenheid van voeding en farmaceutica. De focus ligt vooral op de gezondheidsaspecten van voedsel.
Wordt het een slow food world, dan leidt dat tot versnipperde ketens waarin minder te reguleren valt en, bij gevolg, het eten minder veilig wordtRisico's
Ieder scenario brengt eigen risico's met zich mee, waar de voedselveiligheidsregulering op in zal moeten spelen. Als de keten opschuift naar intensievere landbouwproductiemodellen, dan moeten voedselveiligheidssystemen rekening houden met een groter gebruik van agrochemische middelen, een toenemend risico van antibioticaresistentie in dieren en meer recycling van organisch afval. Ook als nieuwe eiwitbronnen zoals insecten hun intrede doen, moeten de voedselveiligheidssystemen onder de loep genomen worden. Als het transatlantische scenario de overhand krijgt, zullen we in Europa moeten accepteren dat we meer regulering van elders opgelegd krijgen dan we zelf direct kunnen beïnvloeden. Wordt het een slow food world, dan leidt dat tot versnipperde ketens waarin minder te reguleren valt en, bij gevolg, het eten minder veilig wordt.
"De consequenties voor de regelgeving zijn in de verschillende scenario's nog onvoldoende onderzocht", waarschuwt Miko. De grote lijn is echter wel duidelijk. Wil de voedselveiligheid in Europa in 2050 op peil blijven, dan is aanpassing van het regelgevingssysteem onvermijdelijk.
Geen Rusland of China
Opvallend afwezig in de scenario's is een vastelandsscenario. Vanuit Frankrijk wordt, vanuit exportbelangen, al sinds de nieuwe Koude Oorlog die begon na het neerhalen van vlucht MH-17 regelmatig gepleit voor een oriëntatie op het Oosten. Via land is Europa verbonden met Rusland en via Rusland per spoor met China, naar verwachting 's werelds dominante economie voor de rest van de eeuw.
Fotocredits: 'Food and Environmental Laboratory', IAEA
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 3 augustus krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 3 augustus krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Hans, inderdaad, natuurlijke risico's blijven daarnaast ook nog eens bestaan. Maar je moet niet alles op 1 hoop vegen. Dan krijg je heel slordige redeneringen.
De sterfte werd opgelost door riolen, een hygienefactor (een van de belangrijkste van de afgelopen 2.500 jaar als het aankomt op onze sterftekans) die gemakkelijk lokaal is uit te voeren. Heeft niets met de zwarte pest of voedselveiligheid (=inputs) te maken, maar alles met outputs.
Dick #7
“…maar vele tienduizenden kleine lokaliteiten die een lokale markt op hun eigen manier bedienen en ziektes en besmettingen door hun afzondering van elkaar niet gemakkelijk op elkaar over kunnen dragen…”
Tot er een rat aan snuffelde, en epidemieën met de snelheid van een paard door Europa raceten..
Daarnaast vrees ik dat gebrek aan (voedsel)hygiëne heel veel slachtoffers maakte. Waarvan de gemiddelde leeftijd in de Middeleeuwen getuigt: 35-40 jaar met een zeer hoge kindersterfte die tot begin 20ste eeuw voortduurde.
Dick, dank je wel voor je uitleg. Ik hoop te hebben weergegeven dat ik voorstander ben van een werkbaar systeem dat zich al heeft bewezen. Het is makkelijk overdraagbaar (aan alle generaties) en omdat het relatief simpel is, is corruptie niet nodig. Niet regeltje x op formuliertje y met een douceurtje voor iedere regio en liefhebber van nieuwe regels verzinnen.
Het verkopen ervan heeft te maken met de formule Effectiviteit = Kwaliteit X Acceptatie. Die komt uit de Organisatiekunde.
De systemen zijn effectief gebleken, kwaliteit is dus redelijk OK. Acceptatie verkrijg je door communicatie via diverse media, participatie en voortgangsrapportage van je ervaren voordelen hetgeen meten impliceert.
Monique de Middeleeuwen waren dat voedselsysteem met een hoge mate van diversiteit tussen verschillende lokaliteiten. Lijkt een beetje op het ideaal van The Hungry City van Carolyn Steel.
Geen MHP kippenfabriek dus die heel Europa belevert, maar vele tienduizenden kleine lokaliteiten die een lokale markt op hun eigen manier bedienen en ziektes en besmettingen door hun afzondering van elkaar niet gemakkelijk op elkaar over kunnen dragen. Met als bijkomend nadeel: allemaal lokale reguleringen, zodat een Europeaan niet meer weet waar hij aan toe is, maar iemand uit bijvoorbeeld Eemnes wel.
#3 Dick, terug naar de middeleeuwen is een metafoor die ik niet begrijp. Breng je die in verband met wat je noemt scenario 2, waaronder je mijn bijdrage indeelt?
Ik herken me op een aantal aspecten na, meer in scenario 1.
En naar welke "de samenleving" refereer je?
Voedingsveiligheid is wellicht zoals Bert oppert een issue dat met grote koeienletters de onderbuik van de mensen raakt. De kwetsbaarheid van alle mensen. Farmacie komt in beeld bij een deelgroep ervan.
Ik kan warm lopen voor gen-technologie, al is het m.i. een tijdelijke oplossing voor problemen her en der. Waarom zouden we in Nederland wel vitamine A kunnen krijgen en elders niet?
Dan ga ik liever met Gandhi's uitspraak aan de haal, er is genoeg voor iedereen, maar niet voor ieders hebzucht (en dat zuchtig zijn is inmiddels geïdentificeerd als dopamine-jacht in combinatie met reptielbrein dat sex/territorium pauwenveren nodig heeft e.a. imponeer elementen, dus zal binnenkort wat aan gedaan kunnen worden met introspectie).
Dus nee, niet terug naar de middeleeuwen, maar met voortschrijdend inzicht anticiperen op voedselzekerheid voor 11 miljard mensen en enige mate van voedselveiligheid. Want in HACCP schoonheid sterven kan ook. Zeker wanneer managers voor hun jaar-beloning een onhaalbare doelstelling formuleren zoals 0 ongevallen, of 0 zieken. Dat is vandaag de dag aan de orde bij het bonus-beoordelingssysteem van sommige bedrijven.
En bovendien kunnen consumenten ook nog iets doen aan het innemen van veilig voedsel en ik ga van het goede uit, die willen het ook wel.
Prof. Muskiet had in antwoord op de vraag of je als mens het kwik van zee-vis wel aan kon een positief antwoord. Ja, het zelfherstellend vermogen van een lichaam is er. Omgaan met ziekte en beter worden is ook gelieerd aan dit onderwerp. In die zin, men is wellicht wat verwend geraakt bij het niveau van voedselveiligheid. Leren te vertrouwen op je lijf, het ding kennen en voeding ook speelt mee.
Angst is een marketing instrument, de kwetsbaarheid. Het woord "veilig" verkoopt goed. De betrokken industrie zal haar reputatie ook niet snel naar beneden bij willen stellen, het verkoopt ten slotte ook behoorlijk. Maar misschien vergis ik me en wil de industrie dat voor de greater good wel.
De westerse babyvoeding in China is dusdanig duur dat het de moeite loont om in Nederland te kopen en te laten verschepen naar China. Nog steeds kan de kennis geëxporteerd worden en de kopersmarkt ook een makersmarkt worden, die wederom welvarend is en andere Westerse producten koopt. Het is een wat langer termijn perspectief maar het heet Win-Win situatie en heeft niets met de middeleeuwen te maken. Meer met Benchmarking en uitrollen van je talenten die al in werking zijn op reguleringsgebied (=KAM-beleid en HACCP hoort daarbij, want valt onder de waarden Veiligheid, Gezondheid en Welzijn).
Ik herken me meer in oplossingsgerichte gedachten en gevoelens dan in politieke gevoelens. Ik weet ook niet precies wat je daar mee bedoelt. (politiek is toch macht ten goede uitoefen, dus met de veronderstelling dat je weet wat goed is, en/of ernaar streeft met voortschrijdend inzicht?)