De meeste landbouwemissies waren in 2021 lager dan in 1995, ondanks dat de landbouwproductie is gegroeid. De daling van broeikasgas- en stikstofemissies is de laatste jaren gestagneerd. De melkveehouderij stoot het grootste deel van de broeikasgassen uit. De landbouw is een bron van verschillende soorten uitstoot, die zich sinds 1995 allemaal anders ontwikkelden. Dat berekent het CBS.
Terwijl de meeste emissies terugliepen, groeide de productie van de landbouw met 20%. De uitstoot van broeikasgassen door de landbouw daalde tot 2003, en is sindsdien licht gestegen. Het stikstofoverschot halveerde tussen 1995 en 2008, en daalde daarna nauwelijks verder. De uitstoot van fijnstof door onder meer kassen en stallen daalde in 2003 omdat er minder kippen waren door vogelgriep. Daarna groeide deze uitstoot weer. De fijnstofuitstoot door landbouwwerktuigen daalde met drie kwart sinds 1995.
In 2020 bedroeg de toegevoegde waarde van de landbouw 1% van het bruto binnenlands product (bbp). In 1995 was dit nog 3%. De bijdrage van landbouw aan emissies is relatief groot. Dit geldt vooral voor de emissie van stikstof die in de vorm van ammoniak in de lucht terechtkomt. In 2020 was de landbouw verantwoordelijk voor ruim 80% van de totale ammoniakuitstoot door Nederlandse bedrijven en huishoudens. In 1995 was dit 91 procent. De landbouw stootte zowel in 1995 als in 2020 12 procent van de broeikasgassen uit. De bijdrage van de landbouw aan de uitstoot van fijnstof is 7%, maar was in 1995 nog lager (4%).
Verschillen per sector
De melkveehouderij stoot het grootste deel van de broeikasgassen uit (36% in 2020). Runderen stoten het broeikasgas methaan uit. Ook stoot de melkveesector de meeste ammoniak en stikstofoxiden uit. Vergeleken met het aandeel van de veeteelt in de toegevoegde waarde zijn die emissies relatief hoog.
![](/files/algemeen/ontwikkeling-productie-e.jpeg)
Ook de (glas)tuinbouw stoot veel broeikasgassen uit. Dit gebeurt bij de opwekking van energie met aardgas. Een deel van de opgewekte elektriciteit wordt geleverd aan het openbare net. Het aandeel van de tuinbouw in de toegevoegde waarde van de landbouw is de helft van het totaal.
De meeste fijnstof wordt uitgestoten door landbouwwerktuigen (37%) en pluimveehouderijen (25%), door stofrijke stallen.
Weer, beleid, twijfel en optimisme
De grafieken tonen een zich stabiliserend trend met pieken en dalen. Waarom stopt de duidelijke daling en zijn er toch pieken en dalen te zien? Cor Pierik van het CBS antwoordt: "ik vermoed dat het gaat om weers- en beleidsinvloeden. Droog en warm weer is weinig groeizaam en veroorzaakt minder opname van meststoffen in gewassen. De afbouw van het aantal koeien, nadat het flink gestegen was na het verlaten van het melkquotum, leidde tot een verhoging van krachtvoer in het rantsoen om de melkproductie hoog te houden; ook dat is vermoedelijk goed geweest voor een piek in de dalende trend."
Op de vraag of nog verdere reductie door technologie mogelijk is, antwoordt Pierik met een duidelijk ja. "Er zit nog veel potentieel in precisiebemesting en dito ziekte- en plaagbestrijding. Met grote regelmaat hoor ik over nieuwe en mogelijke innovaties op die gebieden". Waarom laten die zich niet in de trends zien? Pierik: "Daar hoor ik twee verhalen over. Er zijn boeren en tuinders die niet meer investeren in het huidige onzekere klimaat voor agrarische ondernemers in Nederland. Mogelijk heeft dat ook zijn weerslag op de ontwikkelaars van nieuwe oplossingen. Tegelijk hoor ik net zo goed dat er boeren zijn die gewoon doorgaan, hun schaal vergroten, investeren in techniek en opstallen en produceren op de grond van wat ik 'latente stoppers' noem. Dat zijn boeren die met minister Van der Wals 'woest aantrekkelijke aanbod' in het vooruitzicht hun grond aanhouden maar de bewerking aan derden overlaten."
Dit artikel afdrukken
In 2020 bedroeg de toegevoegde waarde van de landbouw 1% van het bruto binnenlands product (bbp). In 1995 was dit nog 3%. De bijdrage van landbouw aan emissies is relatief groot. Dit geldt vooral voor de emissie van stikstof die in de vorm van ammoniak in de lucht terechtkomt. In 2020 was de landbouw verantwoordelijk voor ruim 80% van de totale ammoniakuitstoot door Nederlandse bedrijven en huishoudens. In 1995 was dit 91 procent. De landbouw stootte zowel in 1995 als in 2020 12 procent van de broeikasgassen uit. De bijdrage van de landbouw aan de uitstoot van fijnstof is 7%, maar was in 1995 nog lager (4%).
Verschillen per sector
De melkveehouderij stoot het grootste deel van de broeikasgassen uit (36% in 2020). Runderen stoten het broeikasgas methaan uit. Ook stoot de melkveesector de meeste ammoniak en stikstofoxiden uit. Vergeleken met het aandeel van de veeteelt in de toegevoegde waarde zijn die emissies relatief hoog.
![](/files/algemeen/ontwikkeling-productie-e.jpeg)
Ook de (glas)tuinbouw stoot veel broeikasgassen uit. Dit gebeurt bij de opwekking van energie met aardgas. Een deel van de opgewekte elektriciteit wordt geleverd aan het openbare net. Het aandeel van de tuinbouw in de toegevoegde waarde van de landbouw is de helft van het totaal.
De meeste fijnstof wordt uitgestoten door landbouwwerktuigen (37%) en pluimveehouderijen (25%), door stofrijke stallen.
Weer, beleid, twijfel en optimisme
De grafieken tonen een zich stabiliserend trend met pieken en dalen. Waarom stopt de duidelijke daling en zijn er toch pieken en dalen te zien? Cor Pierik van het CBS antwoordt: "ik vermoed dat het gaat om weers- en beleidsinvloeden. Droog en warm weer is weinig groeizaam en veroorzaakt minder opname van meststoffen in gewassen. De afbouw van het aantal koeien, nadat het flink gestegen was na het verlaten van het melkquotum, leidde tot een verhoging van krachtvoer in het rantsoen om de melkproductie hoog te houden; ook dat is vermoedelijk goed geweest voor een piek in de dalende trend."
Op de vraag of nog verdere reductie door technologie mogelijk is, antwoordt Pierik met een duidelijk ja. "Er zit nog veel potentieel in precisiebemesting en dito ziekte- en plaagbestrijding. Met grote regelmaat hoor ik over nieuwe en mogelijke innovaties op die gebieden". Waarom laten die zich niet in de trends zien? Pierik: "Daar hoor ik twee verhalen over. Er zijn boeren en tuinders die niet meer investeren in het huidige onzekere klimaat voor agrarische ondernemers in Nederland. Mogelijk heeft dat ook zijn weerslag op de ontwikkelaars van nieuwe oplossingen. Tegelijk hoor ik net zo goed dat er boeren zijn die gewoon doorgaan, hun schaal vergroten, investeren in techniek en opstallen en produceren op de grond van wat ik 'latente stoppers' noem. Dat zijn boeren die met minister Van der Wals 'woest aantrekkelijke aanbod' in het vooruitzicht hun grond aanhouden maar de bewerking aan derden overlaten."
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 4 juli krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 4 juli krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
De productie van de landbouw is vrij recent met 20% gestegen, terwijl de emissie gelijk bleef. Je kunt het ook anders formuleren: alle milieuwinst door wetgeving, bewustwording, kennis en innovatie is enkel gebruikt voor verdere intensivering.
#24 De hoeveelheid CO2 die je aan de productie en gebruik van stikstof in de landbouw kunt koppelen verschilt nogal per land en tijdvak. Bron graag.
Van studie waar Frank naar verwijst kan ik alleen de samenvatting lezen. Daarin staat :
''Here we have mapped the global flows of synthetic nitrogen fertilizers and manure''. Er wordt dus gesproken over de broeikasgasemissie van mest EN kunstmest tezamen.
Wanneer alleen naar kunstmest (N) wordt gekeken dan ligt het % op 2,1 volgens bijgaande studie:
Greenhouse gas emissions from global production and use of nitrogen synthetic fertilisers in agriculture
Frank, dat is een nieuwe lca-analyse. Eentje die het relevant vindt om
de carbon footprint van voedsel uit te drukken in vliegen.
Waarmee ik niet wil zeggen dat minder uitstoot als het kan niet zou moeten. Integendeel.
#23 ellen, volgens 'Boerderij' komt er bij productie én gebruik van stikstofkunstmest 5% van de CO2-uitstoot vrij, meer dan vliegverkeer en scheepvaart samen: link .