Wageningse en Leidse onderzoekers ontwikkelden een plakkerige substantie die gewassen beschermt tegen ziekten en plagen. De substantie, gemaakt van plantaardige olie, spuit je op bladeren waardoor plaaginsecten als tripsen blijven kleven. De 'insectenlijm' zou een 'groen' alternatief kunnen zijn voor chemische pesticiden.
We hopen dat het lang niet zulke rampzalige bijwerkingen zal hebben op het leefmilieu of op toevallige vergiftigingen van mensen. En de alternatieven zijn erger, namelijk potentiële hongersnood als gevolg van oogstverlies of het overmatig gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen, die een bekend gevaar vormen
De vleesetende zonnedauw, een plant die insecten vangt met kleverige klierhaartjes, diende als inspiratie voor de onderzoekers. Ze verwerken plantaardige rijstolie-afval tot een geel, plakkerig goedje door er lucht overheen te blazen en daarna te blenderen tot kleine deeltjes. De resulterende druppeltjes zijn ongeveer een millimeter groot, net zo groot als de trips, een veelvoorkomende plaaginsect dat op meer dan 500 plantensoorten afkomt.

De plakkerige substantie blijft na het spuiten circa 3 maanden op de bladeren aanwezig, zelfs bij regen. Dat is lang genoeg om de plaaginsecten te bestrijden totdat de oogst binnen is. Boeren kunnen de insectenlijm sproeien voordat de vruchten zich ontwikkelen, wat de kans dat het pesticide op het voedsel terechtkomt, minimaliseert. Mocht er toch contact met voedsel plaatsvinden dan verwachten de onderzoekers dat de insectenlijm, gemaakt van plantaardige olie, niet schadelijker is dan frituurvet. Het spul is er bovendien makkelijk af te wassen doordat je de gele druppeltjes ziet zitten. Of het ongezond het precies is, moeten wetenschappers nog onderzoeken.

Thomas Kodger, universitair hoofddocent Physical Chemistry and Soft Matter aan de WUR, verwacht dat plaaginsecten vrijwel geen resistentie kunnen ontwikkelen tegen deze insectenlijm. Insecten zijn al zo geëvolueerd dat ze niet snel blijven plakken aan iets, legt hij uit. Een van de weinige manieren waarop ze nu nog kunnen ontsnappen aan deze plakkerige val, is door hun lijf te vergroten. Maar is veel moeilijker dan tolerantie opbouwen tegen een chemische stofje en vergt volgens Kodger vele generaties.

“We hopen dat het lang niet zulke rampzalige bijwerkingen zal hebben op het leefmilieu of op toevallige vergiftigingen van mensen. En de alternatieven zijn erger, namelijk potentiële hongersnood als gevolg van oogstverlies of het overmatig gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen, die een bekend gevaar vormen”, zegt Kodger in The Guardian.

De druppels zijn getest op de bladeren van chrysanten en aardbeien. Favoriet voedsel van tripsen, waarvan bekend is dat deze ruim 500 soorten groente-, fruit- en siergewassen aantasten. Ruim 60% van de trips werd binnen 2 dagen 'gevangen' en de druppels bleven wekenlang kleverig. Mogelijk werkt de insectenlijm ook tegen andere plagen, zoals de Suzuki-fruitvlieg die de kersenteelt bedreigt. Tegelijkertijd zijn de druppels klein genoeg dat nuttige insecten, zoals bestuivers, niet vastplakken. De gebruikte sproeikopjes zijn van hetzelfde ontwerp als de koppen die al door boeren worden gebruikt. Komende zomer zal het proces op grote schaal worden getest.

De Wageningse en Leidse onderzoekers hebben vertrouwen in hun insectenlijm als duurzaam plakpesticide. Ze zijn van plan om nog dit jaar een spin-off bedrijf op te richten om de insectenlijm verder te ontwikkelen en te commercialiseren. Ze willen verschillende soorten afvalolie gebruiken, afhankelijk van wat beschikbaar is. Daarnaast zullen ze onderzoeken hoe snel de olie afbreekt in de bodem om eventuele milieueffecten te minimaliseren. “We willen geen grote hoeveelheden bakolie op de akkers gooien”, aldus Kodger.