De gemiddelde Nederlandse consument gooit jaarlijks 33,4 kilo voedsel weg. Het tempo waarmee we voedselverspilling terugdringen, hapert. We willen in 2030 naar nog maar 24 weggegooide kilo's per persoon. Alle reden om aandacht te besteden aan de Verspillingsvrije Week die morgen ingaat.
Zou je die 33,4 kilo voedsel per jaar niet meer weggooien, dan hield je €138 in je portemonnee over. Het is bovendien allemaal voedsel dat is verbouwd, verwerkt, verpakt en vervoerd. Een week verspillingsvrij leven scheelt 23 miljoen weggegooide maaltijden, en dat staat gelijk aan 34 miljoen kilo CO2-uitstoot, volgens de Stichting Samen tegen Voedselverspilling en het Voedingscentrum, de initiatoren van de Verspillingsvrije Week.

Minder verspillen is nodig, omdat het tempo waarmee we onze voedselverspilling terugdringen, tot stilstand dreigt te komen. In 2022 gooiden huishoudens maar 3% minder weg dan in 2019, bij de vorige meting (in 2025 staat de volgende op de agenda). Als dit tempo niet verbetert, wordt het wel heel lastig om de EU-doelstelling van halvering van onze voedselverspilling in 2030 ten opzichte van 2015 - van 48 naar maximaal 24 kilo voedsel per persoon - nog te halen. En dan is Nederland nog wel een koploper op het gebied van voedselverspillingsvermindering.

De Verspillingsvrije Week richt zich op het voorraadbeheer van de consument thuis. In de voorraadkast maar ook in de koelkast. Zo kunnen consumenten met een simpel stukje tape zichzelf en hun huisgenoten al helpen minder te verspillen. Het 'Eerst-op-tape-je' plak je op een plank in de koelkast waar je dat restje pasta, die aangebroken bak yoghurt en de aangesneden komkommer op legt. Volgens het Voedingscentrum scheelt zo'n simpel plakkertje al 28% voedselverspilling. De eerste 10.000 rolletjes tape zijn gratis.

Albert Heijn steekt de consument een handje toe. Met ingang van deze week prijkt op de huismerkverpakkingen met magere en volle yoghurt en karnemelk het nieuwe 'Kijk, Ruik en Proef'-logo. Dit voorjaar lanceerde de Coalitie Houdbaarheid dit logo, dat in plaats moet komen van de voor veel mensen verwarrende THT-code (‘ten minste houdbaar tot'). Het logo moedigt consumenten aan om producten niet zomaar weg te gooien, maar eerst te kijken, ruiken en proeven voordat ze besluiten iets niet meer te eten.

Culinaire schimmels
Wat misschien ook een zetje kan geven om de angst voor voedsel dat al wat ouder is weg te nemen, is het besef dat lang niet alle 'bederf' slecht is. Afgelopen week werd bekend dat onderzoekers duizenden nieuwe micro-organismen te hebben ontdekt op dagelijkse producten zoals zuivel en worst. De helft daarvan was tot nu toch nog onbekend, maar deze micro-organismen beïnvloeden juist de kwaliteit, veiligheid en houdbaarheid van voedsel. Zulke 'voedselmicroben' maken zelfs 3% uit van ons microbioom.

En er zijn zelfs schimmels die juist een belangrijke rol spelen in de culinaire wereld. Een goed voorbeeld is koji, een schimmel die veel wordt gebruikt in de Japanse keuken. Dankzij de koji-schimmel hebben we sojasaus en sake, maar in New York experimenteren chefs er al mee om vlees te pekelen en zelfs om de smaken van hippe cocktails te verdiepen. Op Foodlog beschreef Robert-Jeroen Vriesendorp al eens uit hoe met koji beschimmelde rijst ruikt: "een geurig mengsel van honing en kruiden". En hoe dat proeft? Zoet.