Nog niet zo heel lang geleden telde India zo'n 50 miljoen gieren. De aaseters zweefden boven uitgestrekte stortplaatsen op zoek naar karkassen van vee. Bijna ongemerkt beschikte India hiermee over een uitstekend systeem van afvalverwerking en ziektepreventie.
Halverwege de jaren '90 waren de Indiase gierenpopulaties vrijwel verdwenen. Een belangrijke oorzaak was dat Indiase boeren hun zieke koeien gingen behandelen met diclofenac. Een goedkope pijnstiller, die voor vee prima werkt maar dodelijk is voor gieren. Aasetende gieren die zich tegoed deden aan karkassen die met het medicijn waren behandeld. De vogels kunnen niet tegen diclofenac, kregen nierfalen en gingen dood. Van 3 gierensoorten, de witkopgier, de Indische gier en de roodkopgier, nam de populatie af met ruim 90%, blijkt uit het laatste
State of India's Birds-rapport. Ondanks een verbod op het gebruik van diclofenac in 2006 zijn de populaties nog steeds niet hersteld.

Maar het verdwijnen van de gieren had nog een gevolg, dit keer voor mensen, ontdekten Amerikaanse onderzoekers. De drastische afname van de aaseters leidde ertoe dat dodelijke bacteriën en infecties zich ongebreideld konden verspreiden.

'Sanitaire dienst'
“Gieren worden beschouwd als de sanitaire dienst van de natuur vanwege de belangrijke rol die ze spelen bij het verwijderen van dode dieren die bacteriën en ziekteverwekkers bevatten uit onze omgeving," zegt co-auteur Eyal Frank, verbonden aan de Universiteit van Chicago op de BBC.

India is het land met de grootste rundveestapel ter wereld. In 2019 waren er meer dan 500 miljoen dieren in het land. De dieren worden gehouden voor hun melk, maar niet voor hun vlees. Hindoestanen eten geen rundvlees. De koe is in India 'heilig en mag blijven leven tot ze zelf doodgaat. Dat betekent dat er ook geen slachterijketen is om oude, zieke of zwerfkoeien te verwerken.

Karkassen gaan naar de stort of werden door boeren achtergelaten voor de gieren, die voor een snelle en efficiënte opruiming zorgden. Totdat de gieren dus verdwenen. Hun rol werd overgenomen door bijvoorbeeld zwerfhonden, die veel minder effectief zijn in het opruimen van rottende resten, maar ook zelf ziek werden. Met als gevolg een toename van het aantal gevallen van hondsdolheid. Bacteriën en ziekteverwekkers verspreidden zich bovendien via afspoeling en slechte verwijderingsmethoden tot in het drinkwater.

100.000 voortijdige overlijdens per jaar
Het onderzoeksteam vergeleek de sterftecijfers onder mensen in Indiase districten waar het ooit goed ging met gieren met die in districten met een historisch laag gierental, zowel voor als na de ineenstorting van de gierenpopulatie. Vanaf het moment dat de diclofenac-verkopen gingen stijgen en de gierenpopulaties instortten, stegen de sterftecijfers onder mensen in wijken met voorheen veel gieren met meer dan 4%. Het effect was het grootst in verstedelijkte gebieden met grote veestapels, waar het gebruikelijk was grote aantallen kadavers te dumpen.

Op basis van hun resultaten schatten de onderzoekers dat het verdwijnen van de gieren tussen 2000 en 2005 ongeveer 100.000 extra menselijke sterfgevallen per jaar veroorzaakte, resulterend in meer dan $69 miljard (£53 miljard) per jaar aan economische kosten in verband met vroegtijdige sterfgevallen.

“In dit geval waren nieuwe chemicaliën de schuldige, maar andere menselijke activiteiten - habitatverlies, handel in wilde dieren en nu klimaatverandering - hebben ook hun impact op dieren en, op hun beurt, op ons," zegt co-auteur Anant Sudarshan. Hij wist erop dat het belangrijk is om deze kosten te begrijpen dat niet alleen 'schattige en aaibare' dieren onze bescherming verdienen. Alle dieren hebben een taak in het ecosysteem om ons heen.