imageChalias verlangde een uitvoerige inhoudelijke reactie op zijn teksten die oorspronkelijk moesten aantonen dat een harde kip (een plofmoederdier, de moeder van onze gangbare vleeskip) niet wezenlijk verschilt van soepkip (een uitgelegde eierkip). Hij vermoedde dat harde kippen uitgelegde leghybriden waren. Althans, zo begon zijn bijdrage aan de discussie.
Geen woord toen bleek dat de harde kip geen legkip, maar een plofmoeder bleek. In plaats daarvan een genetisch verhaal over kruisingen. Een ploffer is als een muildier. Noch de vader noch de moeder is een muildier, maar wél het kind van het huwelijk tussen paard en ezel. Idem bij kippen. Dat klopt. Maar dat zou tevens een ferm ('klinklare onzin' noemde Chalias het zelf) bewijs zijn dat moederplofdieren geen doorvreters zijn zoals hun ploffende kinderen.

Dat is het natuurlijk niet. Het is slechts een bewijs dat muildieren geen paarden of ezels zijn. Zo kun je de stelling dat plofmoeders geen honger zouden leiden niet de wereld uit redeneren. Merkwaardigerwijs gebruikt Chalias het hybride-argument (kinderen hebben andere eigenschappen dan hun ouders) om iets aan te tonen dat hij helemaal niet nodig zou moeten vinden om aan te tonen. Hij beweert nl. regelrecht dat ploffers sowieso geen doorvreters zijn, maar genetische zombies die een racend voedselomzettingsgen bezitten.

Daarna mondden zijn bijdragen uit in een tirade tegen de Volwaardkip, die hij eigenhandig in de discussie sleepte. Ik noemde een kippenhouder van gangbare dieren die de bezoekers van dit blog in alle openheid duidelijk maakte hoe zijn dieren zo snel groot kunnen worden: door hun genetica, door het gekozen dag/nacht ritme (wezenlijk, maar afwezig in Chalias' argumentaties), door hun bovenmatige zin in dooreten (!) en door de gekozen samenstelling van het voer. Chalias vloog echter op de kast van de Volwaard.

Wat beweerde hij nu precies en waarom is het op zo'n manier verkopen van meningen kwalijk? Chalias stelt dat:
- alle commerciële vleesrassen - al dan niet bio - worden gemanipuleerd om snel groot te worden; voor het gemak wenst hij ze daarom allemaal over dezelfde plofkam te scheren en in de ban te doen
- het snelle groot worden op geen enkele manier herleid kan worden tot verhoogde eetzucht, maar uitsluitend aan een ziekelijke voerconversie te wijten is
- er zeer beslist geen sprake kan zijn van een optimalisatie tussen een door het kloontype bepaalde verhoogde zin in eten (vraatzucht) en honger bij moederdieren vanwege een mogelijke correlatie tussen kind en ouder op dat punt (zoals de vier poten van de ezel en het muildier)

Nee, nee en nee dus. De kippenhouder die ik hierboven noemde, vertelde reeds welke vier factoren in samenhang zorgen voor de snelle groei van een kuiken tot kip in 6 weken. Meer hoef ik er niet over te zeggen.

De Volwaard is een bestaande kloon die o.m. in de biologische sector wordt gebruikt. Hij kan voldoen aan economische eisen en aan de meest urgente dierwelzijnseisen. Dat is al wat, vind ik inderdaad als de door Hans Schepers benoemde "realo", want na ruim een decennium activisme van de dierenbeweging voor een beter kippenbestaan eet nog geen half procent van de Nederlanders blije biokip.

Niettemin maait Chalias met grote stelligheid de eer van de Volwaardkip en de mensen daarachter van tafel. Hij verklaart hij het hongerprobleem van moederdieren tot onzin en stelt dat Nederland in plaats van een Volwaard beter een label rouge kip had kunnen kiezen.

Als hij zich echt zou documenteren in plaats van alleen hobbyboeken over vergeten huisgevogelte te lezen, zou hij bijvoorbeeld hebben kunnen lezen:

Uitval bij vleeskuikens als gevolg van hart- en circulatiestoornissen is al jaren een punt van zorg. Enerzijds door de economische schade voor de sector en anderzijds door vermindering van het dierenwelzijn voor de zieke dieren. Naast het optimaliseren van het management op het vleeskuikenbedrijf gericht op het verminderen van de uitval dienen ook andere meer ingrijpende maatregelen onderzocht te worden. Een voorbeeld hiervan is het gebruik van vleeskuikens die minder vergaand gefokt zijn op hoge groei en lage voerconversie. Hierdoor zijn deze dieren mogelijk minder gevoelig voor hart- en circulatiestoornissen. De fokkerijinstellingen kunnen dergelijke kuikens leveren, maar het is duidelijk dat de productiekosten voor de pluimveesector zullen stijgen. In het eindrapport van de 'Stuurgroep Heroriëntatie Pluimveehouderij' (Commissie Alders, november 1999) is uitdrukkelijk opgenomen dat de problemen die veroorzaakt worden door selectie op een lage voerconversie en de hoge groeisnelheid tot uiting komen in het percentage kuikens dat gedurende het productieproces uitvalt.

Een bijkomend welzijnsprobleem is het 'hongergevoel' bij de ouderdieren door de vergaandevoerbeperking tijdens de opfokfase. Deze welzijnsproblemen waren voor de Commissie Alders aanleiding om te komen tot de aanbeveling voor nader onderzoek naar de mogelijkheden in de markt voor een (gecertificeerd) 'tussenproduct'. Hierbij gaat het om een vleeskuiken met meer welzijnskwaliteiten dan het huidige vleeskuiken, maar minder vergaand dan voor het biologische vleeskuiken of het Franse 'Label Rouge'.

LEI, Perspectieven voor een alternatieve kuikenvleesketen, okt 2003, p. 11

Dit rapport is zelfs zomaar te vinden via de site van Volwaard. De verwijzing staat nota bene in een van de postings waarin Chalias zeer actief optrad. De boodschap die daar staat is voor een ervaringsdeskundige in kippengenetica als Chalias niet moeilijk te begrijpen.

Moederdieren van Volwaard hebben minder een probleem met rantsoenering. Gerantsoeneerd worden ze, ze hoeven immers niet gemest te worden. Van der Land gaf gisteren uit spontane sympathie voor de dieren al onbeschaamd aan wat dat voor hem betekent: best trek hebben in een broodje bal, maar het probleemloos kunnen laten staan.
Op het hier relevante onderdeel van de discussie zegt het rapport, in 1 zin samengevat: dit type tragere kuikens heeft moeders met minder dwangmatige trek.

Zo niet volgens Chalias. Die blijft het een broodje aap vinden en verkondigt dat met de grootste stelligheid. Op hoge poten verwijt hij mij onkunde. Al loop ik nog zo regelmatig in grote kippenschuren, ik zie niet wat ik moet zien. Dombo die ik ben, want ik heb geen kippen, geen hobbykippenboeken. Bovendien mankeer ik alle edities van het niet meer bestaande Avicultura.

Gisteren heette dit allemaal opeens een lichtvoetige mening die met humor werd gebracht. Dat vind ik het niet. Daar is het lot van de moederdieren te ernstig voor, terwijl er in commerciele kip wel degelijk te differentieren lijkt naar welzijn van moederdier en hun meer of minder race-groeiende kinders.

Inmiddels hebben Chalias rammelende maar stellig gebrachte argumentaties bereikt dat geen hond meer door het oorspronkelijke - of dit - verhaal kan komen. Da's kwalijk en dat meen ik serieus.

Ik hoop dat een correspondent uit de buitendienst met verstand van commerciële kippen binnenkort tijd vindt om uit de doeken te doen hoe het echt zit met de precieze samenhang van de vier belangrijkste factoren die kippengroei, ouder- en kindergeluk bepalen bij commerciële vleesrassen vs de traditionele van Chalias. Die prefereert hij overigens terecht, want ze zullen ongetwijfeld een beter leven hebben en steviger smaken, al weet bijna geen consument die smaak meer te waarderen omdat we hem ontwend zijn.

Da's een lap tekst om niks. Ik neem hier nog eens een vraag op over 'harde kip' ;-)


NB (hoewel off topic) In zijn enthousiasme beticht Chalias de Dierenbescherming van leugens. Het uitvalpercentage van de kuikens zou irrelevant zijn omdat ze geslacht worden voor ze problemen krijgen. Dat is nou 'radicale onzin'. Degene die wil weten waarom kan rustig het bovenstaande LEI-rapport even doorlezen. Het staat er allemaal keurig in: de Dierenbescherming liegt niet, tenzij je natuuurlijk het hele LEI-rapport een leugen noemt. Dat zou alleen weer 'onzinnig' genoemd mogen worden.

update 19/12/2007: Chalias is inmiddels niet meer welkom op deze site - om de verwarring waartoe deze posting aanleiding kan geven op te lossen verwijs ik graag naar Volwaard - over kippenouders & kippengenetica
Dit artikel afdrukken