Vleeskuikenhouder Willy van Erp doet al van meet af aan mee met de 1-ster kip van de Dierenbescherming. Hij wijst er in de reportage op dat hij er niet rijk, maar ook niet armer van is geworden, maar wel meer lol heeft in zijn werk. Hij vindt dat hij best wat meer zou mogen verdienen en toch zegt hij: “De plus zit voor ons in werkplezier. We zien een ‘goede’ kip en hebben in de laatste tien jaar maar één keer antibiotica hoeven gebruiken. We worden er als pluimveehouders zelf ook gelukkiger van. Dit concept past bij ons. En: het rendement is ook niet onvoldoende. We bouwen eind dit jaar een nieuwe stal. Dat kan niet uit als je elk jaar verlies maakt.”
Van Erps uitspraken getuigen van een bekend sociologisch verschijnsel dat ooit door Paul Schnabel van het Sociaal Cultureel Planbureau is vastgesteld: boeren willen boeren, dat doen ze tot het financieel niet meer uitkan. De sterren van de Dierenbescherming helpen voorlopig om dat moment uit te stellen. Zodra internationaal de aandacht voor welzijn toeneemt, ontstaat scherpere prijsconcurrentie met goedkopere landen die meer welzijn voor lagere prijzen kunnen leveren. Als dat gebeurt, komt het stopmoment weer dichterbij tenzij nieuwe eisen kunnen zorgen voor voldoende onderscheid waar consumenten nèt voldoende meer voor willen betalen.
Op 3 augustus krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Het Beter Leven Keurmerk is, zeker in het begin, een goed initiatief geweest van de dierenbescherming. Hierdoor is er de afgelopen 10 jaar wat druk van de ketel geraakt.
Dit concept is echter enkel alleen een uitweg voor de technisch minder draaiende varkensboeren geweest. Door de (te)lage vergoeding die tegenover de strengere regelgeving staat is het alleen voor de ondernemers interessant geweest die gewoonweg minder per dierplaats verdienden. Hoe hoger het rendement per dierplaats hoe hoger de vergoeding per KG moet zijn om het zelfde resultaat te kunnen behalen.
Zo heeft elke ondernemer thuis zitten rekenen en is een deel van hen er achter gekomen dat Beter Leven * al dan niet tot een verbetering of continuering in resultaat zou leiden.
Het keurmerk is naar mijns inziens te groot geworden. Supermarkten zijn gedwongen (niet door de Dierenbescherming) om al het gangbare vlees te vervangen door het beter leven vlees. Dit heeft er voor gezorgd dat de toegevoegde waarde voor het 1* vlees nagenoeg nul is geworden. Als het aanbod even groot, of zelfs groter is dan de vraag dan zal de prijs ook niet gaan stijgen. Daarnaast heeft dit er ook voor gezorgd dat de regels van het 1* vlees nu voor de gemiddelde consument worden gezien als standaard. Alles daaronder is slecht voor de dieren...
Kortom: was een goed initiatief, echter te groot geworden waardoor het de meerwaarde heeft verloren.