Een nieuwe essaybundel zoekt naar nieuwe wegen om een duurzame landbouw te definiëren. Eén van de wegen wordt beschreven door Charles C. Mann die wereldwijde faam verwierf door zijn boek De tovenaar en de profeet. Hij ziet oude landbouwvormen als de toekomst, maar vergeet te rekenen aan hun resultaat in een moderne wereld, zegt agrobioloog Henk Breman.
De Correspondent publiceerde recent een artikel van de hand van Charles C. Mann met de titel Waarom de toekomst van de landbouw zomaar in het verleden kan liggen.
Het staat in de essaybundel Veerkracht als opdracht, die op woensdag 16 december werd gepresenteerd in Pakhuis de Zwijger. Mann beschrijft traditionele productiesystemen en identificeert principes waarmee de belangrijkste problemen van de huidige landbouw aangepakt zouden kunnen worden: klimaatsverandering, kunstmest en pesticiden.
Drie principes worden beschreven in relatie tot één productiesysteem, de milpa van de vroegere Maya:
1) Een laagproductieve maar weinig zorg vragende en snel afrijpende maïs, als "terugvaloptie" bij het mislukken van hoofdgewassen. Zoals onze boekweit vroeger en fonio in de Sahel; het gaat in essentie om 'armoede- of noodgewassen'.
2) De milpa zelf, een mengcultuur omringd door vruchtdragende bomen en struiken; de 'permacultuur' van nu.
3) De 'graafstok en zijn gebruik' staat voor 'niet grondkerende akkerbouw'.
Het gebruik van kastanjes als hoofdvoedingsbron in Noord-Amerika, leidt tot het promoten van 'voedselbossen' (4), en de combinatie van bomen, akkerbouw en vee in de Sahel wordt 'agropastoralebosbouw' (5). Als laatste noemt Mann de verrijking van landbouwgrond met houtskool in de Amazone regio, of 'koolstofsequestratie avant la lettre' (6)
Missers
De tekst bevat nog al wat irritante missers die laten zien dat Mann geen landbouwkundige of boer is. "Hellingen van sommige heuvels in Zuid-Mexico worden al zo’n vijf- of zesduizend jaar intensief bebouwd zonder aan vruchtbaarheid in te boeten", terwijl die milpa's jaarlijks meer dan 3 t/ha aan maïs, bonen en pompoen zouden hebben geproduceerd, is voor mij wishful thinking; agronomisch is dat onmogelijk en domweg onwaar. Stedelingen uit het Zuiden van de Sahellanden, die zich als boeren vestigden in de eigenlijke Sahel, maar geen idee hebben van 'droge landbouw' is ook zo'n mooie. En dan koeien, die "nog geen halve procent van het water dat nodig is voor teeltgewassen op een areaal met dezelfde oppervlak gebruiken!". Mann vergeet het water dat nodig is om de weidevegetatie te doen groeien.
Minstens zo problematisch is het feit dat de 6 principes gezien worden als gunstige alternatieven voor de gangbare landbouw, terwijl Mann - op het ongeloofwaardige milpa-cijfer na - geen productieniveaus geeft in relatie tot het aantal mensen dat hij denkt te kunnen voeden. Al evenmin schenkt hij aandacht aan condities voor succes.
Klimaatverandering ondanks 'succes'
De milpa's zullen productief geweest zijn, gezien de bevolkingsdichtheid van het Maya rijk, maar ontbossing, erosie en droogte worden mede verantwoordelijk geacht voor de ondergang. En het is aannemelijk gemaakt dat de kleine ijstijd, na decimering van de oorspronkelijke Amerikaanse bevolking na de komst van de Europeanen, verklaard kan worden door natuurlijke herbebossing van akkerland. Dat betekent dat ook de milpa's bijdroegen aan klimaatverandering!
Afrika telt momenteel veel landen met een bevolkingsdichtheid in dezelfde orde als die van de Maya's toen, en ook zonder kunstmestgebruik. Honger en voedselonzekerheid zijn er troef; ontbossing en erosie als gevolg van landbouw versnellen daar de klimaatverandering! Toepassing van de principes die Mann beschrijft met de extra kennis van nu, kan met name interessant zijn bij de bevolkingsdichtheid van vroeger, maar niet voor het voeden van een nog steeds groeiende wereldbevolking die bovendien ook nog eens veeleisender is dan ten tijde van de Maya’s.
In een tweede deel gaat Breman in op de mogelijkheden die de oude landbouwvormen in onze wereld wel degelijk kunnen hebben: zeven principes om vergeten landbouwmethodes weer bij de tijd te trekken
Dit artikel afdrukken
Het staat in de essaybundel Veerkracht als opdracht, die op woensdag 16 december werd gepresenteerd in Pakhuis de Zwijger. Mann beschrijft traditionele productiesystemen en identificeert principes waarmee de belangrijkste problemen van de huidige landbouw aangepakt zouden kunnen worden: klimaatsverandering, kunstmest en pesticiden.
De principes die Mann beschrijft met de extra kennis van nu, kunnen met name interessant zijn bij de bevolkingsdichtheid van vroeger, maar niet voor het voeden van een nog steeds groeiende wereldbevolking die bovendien ook nog eens veeleisender is dan ten tijde van de Maya’sMann presenteert 6 principes en koppelt ze aan tegenwoordig sterk gepromote alternatieven voor de huidige landbouw. Mitigatie van en adaptatie aan klimaatverandering krijgt veel aandacht, evenals het elimineren van kunstmestgebruik.
Drie principes worden beschreven in relatie tot één productiesysteem, de milpa van de vroegere Maya:
1) Een laagproductieve maar weinig zorg vragende en snel afrijpende maïs, als "terugvaloptie" bij het mislukken van hoofdgewassen. Zoals onze boekweit vroeger en fonio in de Sahel; het gaat in essentie om 'armoede- of noodgewassen'.
2) De milpa zelf, een mengcultuur omringd door vruchtdragende bomen en struiken; de 'permacultuur' van nu.
3) De 'graafstok en zijn gebruik' staat voor 'niet grondkerende akkerbouw'.
Het gebruik van kastanjes als hoofdvoedingsbron in Noord-Amerika, leidt tot het promoten van 'voedselbossen' (4), en de combinatie van bomen, akkerbouw en vee in de Sahel wordt 'agropastoralebosbouw' (5). Als laatste noemt Mann de verrijking van landbouwgrond met houtskool in de Amazone regio, of 'koolstofsequestratie avant la lettre' (6)
Missers
De tekst bevat nog al wat irritante missers die laten zien dat Mann geen landbouwkundige of boer is. "Hellingen van sommige heuvels in Zuid-Mexico worden al zo’n vijf- of zesduizend jaar intensief bebouwd zonder aan vruchtbaarheid in te boeten", terwijl die milpa's jaarlijks meer dan 3 t/ha aan maïs, bonen en pompoen zouden hebben geproduceerd, is voor mij wishful thinking; agronomisch is dat onmogelijk en domweg onwaar. Stedelingen uit het Zuiden van de Sahellanden, die zich als boeren vestigden in de eigenlijke Sahel, maar geen idee hebben van 'droge landbouw' is ook zo'n mooie. En dan koeien, die "nog geen halve procent van het water dat nodig is voor teeltgewassen op een areaal met dezelfde oppervlak gebruiken!". Mann vergeet het water dat nodig is om de weidevegetatie te doen groeien.
Minstens zo problematisch is het feit dat de 6 principes gezien worden als gunstige alternatieven voor de gangbare landbouw, terwijl Mann - op het ongeloofwaardige milpa-cijfer na - geen productieniveaus geeft in relatie tot het aantal mensen dat hij denkt te kunnen voeden. Al evenmin schenkt hij aandacht aan condities voor succes.
Klimaatverandering ondanks 'succes'
De milpa's zullen productief geweest zijn, gezien de bevolkingsdichtheid van het Maya rijk, maar ontbossing, erosie en droogte worden mede verantwoordelijk geacht voor de ondergang. En het is aannemelijk gemaakt dat de kleine ijstijd, na decimering van de oorspronkelijke Amerikaanse bevolking na de komst van de Europeanen, verklaard kan worden door natuurlijke herbebossing van akkerland. Dat betekent dat ook de milpa's bijdroegen aan klimaatverandering!
Afrika telt momenteel veel landen met een bevolkingsdichtheid in dezelfde orde als die van de Maya's toen, en ook zonder kunstmestgebruik. Honger en voedselonzekerheid zijn er troef; ontbossing en erosie als gevolg van landbouw versnellen daar de klimaatverandering! Toepassing van de principes die Mann beschrijft met de extra kennis van nu, kan met name interessant zijn bij de bevolkingsdichtheid van vroeger, maar niet voor het voeden van een nog steeds groeiende wereldbevolking die bovendien ook nog eens veeleisender is dan ten tijde van de Maya’s.
In een tweede deel gaat Breman in op de mogelijkheden die de oude landbouwvormen in onze wereld wel degelijk kunnen hebben: zeven principes om vergeten landbouwmethodes weer bij de tijd te trekken
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 3 augustus krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 3 augustus krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Henk en Gerard:
M.b.t. "wat de agro-ecologische benadering als theoretische potentie heeft".
Ik heb het al vaker geschreven: als we nu eens het komende decennium 90% van het geld en de mankracht voor onderzoek, voorlichting en onderwijs aan de agro-ecologische benadering besteden i.p.v. aan de conventionele landbouw (wat sinds de 2e WO is gebeurd), dan kunnen we daarna op realistische en praktische grondslag de potenties vergelijken. Nu is het conventionele appels met agro-ecologische peren vergelijken.
#8 Henk, ik weet niet wat je precies bedoelt met "wat de agro-ecologische benadering als theoretische potentie heeft". Even kwantitatief om een idee te geven van wat "agro-biologisch plus zo nodig kunstmest, maar zonder stikstofkunstmest en zonder biociden" vermag een paar voorbeelden: bijvoorbeeld een beginnend biologisch bedrijf in een Verwegistan, waar de luzerneopbrengst steeg van ca 2000 kg ds naar 9000 kg ds na de toediening van fosfaat en cobalt. Of dat bedrijf ( van 650 m2) op Java met 30 ton rijst per ha plus eenden, vis en azolla ( https://www.youtube.com/watch?v=gAe65rwU26s&feature=emb_title). Waarschijnlijk alleen mogelijk omdat er de voorgaande 40 jaar rijkelijk met fosfaat is bemest nadat die velden in de eeuwen ervoor behoorlijk uitgeput waren. Of biologische melkveehouders op voormalige heidevelden in Nederland, waar vorige generaties stevig bemest hebben en zij nu zo'n 8000 kg melk per ha produceren (productie op basis van aangekocht krachtvoer niet meegerekend). Zij houden hun klaver op dreef met af en toe wat kalk en patentkali. Ik weet het: anekdotisch, maar dit soort bedrijven zijn nu eenmaal vreemde eenden in de bijt. Maar wat zij waar maken, lijkt me hoger dan de theoretische potentie waar jij op doelt. We praten kennelijk langs elkaar heen.
Er worden kruiden en sla mee geteeld door doe-het-zelf tuinders in huis.
#11, Dick, wat kan je met die LED's (stiekum) in de kelder gaan kweken?
#7, Jopie, deze LED kweekverlichting kunnen particulieren inmiddels gewoon bestellen. Zo zijn er ook bewateringssytemen te koop voor thuis. Helemaal kant-en-klaar zelfs bij Ikea; dat ding kan in de kelderkast, hoewel .... daarvoor moeten de LEDs eigenlijk beter weet ik van tuinders als Rob Baan die het me ooit persoonlijk liet zien op de Horti Fair in de RAI).
Maar je hebt natuurlijk gelijk: die donkergroene lieden die niettemin wel weten dat een nutriënt uit een nutriënt in moet betekenen, voelen erg voor ouderwets agrobiologisch.
IETS ANDERS: Henk Bremans deel II bij bovenstaand stuk staat inmiddels online zeven principes om vergeten landbouwmethodes weer bij de tijd te trekken. Prachtig kort geschreven en eigenlijk een must read voor iedereen die nog geloofde in kringlooplandbouw.