Binge drinken ('comazuipen') als tiener wordt geassocieerd met een verhoogd risico op alcoholgebruiksstoornissen en psychische problemen op latere leeftijd. Amerikaanse wetenschappers denken dat dit komt doordat het alcoholgebruik in de puberteit blijvende veranderingen veroorzaakt in het emotionele centrum van de hersenen, de amygdala.
De amygdala is het regelcentrum van onze emoties. Daarvoor legt de amygdala neurale verbindingen aan.
Onderzoekers van de Universiteit van Illinois ontdekten dat alcohol drinken op jonge leeftijd het functioneren van de amygdala beïnvloedt. De alcohol veroorzaakt epigenetische veranderingen waardoor er van een eiwit (BNDF) dat cruciaal is voor het leggen van die verbindingen minder aangemaakt wordt, zegt onderzoeker Subhash Pandey in UIC Today. Met als gevolg dat mensen 'gevoeliger' worden voor angst of stress en makkelijker een alcoholgebruiksstoornis ontwikkelen.
De wetenschappers kwamen dit mechanisme op het spoor door (post mortem) hersenweefsel van 44 mensen van gemiddeld 58 jaar oud te analyseren. Een kwart was vóór hun 21e al zwaar gaan drinken, een kwart later, de andere helft had geen alcoholgebruiksstoornis. Het hersenweefsel van de vroege drinkers had 30 tot 40% minder van het eiwit BNDF in vergelijking met hersenweefsel van mensen zonder alcoholgebruiksstoornis. In de amygdala van de late drinkers was zo'n verandering niet te zien. De resultaten zijn gepubliceerd in Translational Psychiatry, Nature.
Dit artikel afdrukken
Onderzoekers van de Universiteit van Illinois ontdekten dat alcohol drinken op jonge leeftijd het functioneren van de amygdala beïnvloedt. De alcohol veroorzaakt epigenetische veranderingen waardoor er van een eiwit (BNDF) dat cruciaal is voor het leggen van die verbindingen minder aangemaakt wordt, zegt onderzoeker Subhash Pandey in UIC Today. Met als gevolg dat mensen 'gevoeliger' worden voor angst of stress en makkelijker een alcoholgebruiksstoornis ontwikkelen.
De wetenschappers kwamen dit mechanisme op het spoor door (post mortem) hersenweefsel van 44 mensen van gemiddeld 58 jaar oud te analyseren. Een kwart was vóór hun 21e al zwaar gaan drinken, een kwart later, de andere helft had geen alcoholgebruiksstoornis. Het hersenweefsel van de vroege drinkers had 30 tot 40% minder van het eiwit BNDF in vergelijking met hersenweefsel van mensen zonder alcoholgebruiksstoornis. In de amygdala van de late drinkers was zo'n verandering niet te zien. De resultaten zijn gepubliceerd in Translational Psychiatry, Nature.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
De vertaalde resultaten uitdelen in alle kroegen en andere zuipplekken zal denk ik geen resultaat hebben.